Ratelaar
Ratelaar (rhinánthu) |
---|
Ratelaar (Rhinánthu)
Plantengeslacht behorend tot de familie der helmkruidachtigen. In Zeeland komen twee soorten voor: de kleine ratelaar (Rhinánthu mínor) en de grote ratelaar (Rhinánthu serótinus). De kleine ratelaar vindt men plaatselijk op dijktaluds bijvoorbeeld in de Zak van Zuid-Beveland en in Zeeuws-Vlaanderen en in duin-graslanden. De grote ratelaar is zeldzamer. Deze soort vindt men vooral op vochtiger bodems. Beide soorten kwamen vroeger op de dijken en in de graslanden van de oudlandgebieden veel meer voor dan tegenwoordig. Vandaar ook de vele volksnamen.
- Dialect: Walcheren, Zuid-Beveland, Tholen, Schouwen-Duiveland, Zeeuws-Vlaanderen: aenekammen; Walcheren, Th., Sch., Z. Vl.: aentjes en oentjes; Walcheren, Z.B., Ph., Sch.D.: klappers; Walcheren, Z.B., Sch.D., Z.Vl.: rammelaers; Walcheren, Z.B., Th., Sch., Z.Vl.; schoentjes-en-laersjes, schoentjes-en-muultjes; Walcheren: kanarieveugeltjes; Walcheren, Z.B., Z.Vl.: kousjes en schoentjes.
Auteur
-K.F. Vaas