Arend Rothuizen
Arend Rothuizen | |
---|---|
Bestand:.jpg ' | |
Geboren | 5 juli 1906 Goes |
Overleden | 6 februari 1990 Middelburg |
Beroep | architect |
VIAF | Arend Rothuizen |
Achtergrond
Arend Rothuizen was een zoon van de Goese architect Frans G.C. Rothuizen, die in 1903 als stadsarchitect door de gemeente Goes werd aangesteld. Zijn vader had bovendien een architectenbureau. Arend Rothuizen groeide op in een gezin met zes kinderen, waarvan hij de oudste was. Na de middelbare school schreef hij zich in 1923, op 17-jarige leeftijd, in aan de Technische Hogeschool in Delft. Daar kreeg hij onder andere les van de architecten J.A.G. van der Steur en M.J. Granpré Moliere.
In 1928 studeerde hij af op een ontwerp voor een casino annex nachtclub. Aanvankelijk hadden de examinatoren moeite met het eigenzinnige ontwerp, omdat het gebouw geen ramen had gekregen. Na het behalen van het examen voor bouwkundig ingenieur aan de Technische Hogeschool te Delft in 1929 startte hij als zelfstandig architect, alhoewel hij ook regelmatig met zijn vader samenwerkte.
Ontwerpen
Een van de eerste ontwerpen van Arend Rothuizen was die van de gereformeerde Westerkerk in Goes. Zijn definitieve doorbraak was de renovatie van sociëteit De Vergenoeging in Middelburg. Het was aanleiding zich daarna definitief in de Zeeuwse hoofdstad te vestigen. De verwoestingen van Middelburg in mei 1940 leveren Rothuizen extra opdrachten op. Niet alleen voor nieuwe gebouwen, maar ook restauratieopdrachten zoals de Abdijkerken. Met ingang van 1 april 1942 associeerde hij zich met de Goese architect Piet 't Hooft; samen gingen zij verder als Architectenbureau Rothuizen en 't Hooft, met vestigingen in Middelburg en Goes. Het architectenbureau was op dat moment het grootste van Zeeland. Na de oorlog werd de PZEM één van de belangrijkste opdrachtgevers, onder andere voor de PZEM-centrale, tussen 1952 en 1961 gebouwd tussen Middelburg en Vlissingen. Echter ook gemeenten, schooldirecties en kerkbesturen wisten Rothuizen te vinden. Dit resulteerde uiteindelijk tot vele beeldbepalende gebouwen in Zeeland, zoals de De Ruyterschool in Vlissingen, de Chr. kweekschool in Middelburg of de V. & D. in Middelburg. Eén van zijn succesvolste ontwerpen is die van de Middelburgse wijk De Griffioen, waar hij de verworvenheden van het naoorlogse Nieuwe Bouwen, lucht, licht en groen, in de praktijk bracht. Losstaande stroken met woningen werden hier op een moderne wijze geplaatst, waardoor ze herinneringen oproepen aan de Duitse Siedlungen van de jaren '20.
Rothuizen's ontwerpen onderscheidden zich door hun overwegend donkere bakstenen, ronde ramen en door een aaneengesloten horizontaal kozijn van de gevel losgemaakte dakconstructies. In het in 1937 gebouwde PZEM hoofdkantoor in Middelburg zijn deze karakteristieke elementen reeds duidelijk aanwezig. Zijn voorliefde voor de Scandinavische architectuur schijnt zich te manifesteren in de toren van dit gebouw, dat naar het voorbeeld van het stadhuis van Stockholm zou zijn ontworpen.
Schoonheid en de nieuwe tijd
Van 1937 tot 1952 was Arend Rothuizen secretaris-penningmeester van de provinciale schoonheidscommissie. In deze functie trok hij soms fel van leer tegen in zijn ogen smakeloze architectuur, die meer en meer wordt bepaald door de prijs of door een modegrill. Arend Rothuizen was vaak somber over het bouwen in de nieuwe tijd. Zo hekelde hij de teloorgang van Zeeuwse dorpen en de bouw van hotels in de dorpskernen. Ook sprak hij van het ontstaan van een internationale geürbaniseerde levens- en bouwstijl waaruit het nationale of lokale meer en meer verdween. De 'esthetische luchtverontreiniging' van de 'industrieklonters' waren hem bovendien een gruwel. Bij zijn afscheid als bouwmeester in 1969 sprak hij ook zijn bezorgdheid uit over de teloorgang van het milieu, die hij 'een silent killer' noemde. Eind jaren '60 was hij nog maar één van de weinigen die zich hierover echt zorgen maakte.
Afscheid
Arend Rothuizen nam in 1969 afscheid als architect. Zijn gezondheid liet het niet langer toe zijn bedrijf, dat inmiddels gegroeid was tot 50 werknemers, te leiden. Het ging door een fusie met Architectenbureau Van Doorn te Goes op 1 januari 1993 verder als architectenbureau Rothuizen van Doorn 't Hooft (RDH). Sinds 2012 noemt het architectenbureau zich weer kortweg Rothuizen.
Betekenis
Ondanks de vele grapjes die over zijn achternaam werden gemaakt droeg Arend Rothuizen met zijn institutionele bouwwerken, kerken en scholen bij aan de wederopbouw in Zeeland en het gezicht van de provincie. Ook ontwierp hij mede het VU ziekenhuis in Amsterdam, al is die opdracht wellicht ook naar hem toegekomen door zijn gereformeerde achtergrond. Rothuizen was nog een klassieke architect. Dat wil zeggen dat hij vrijwel alles zelf deed: vanaf de tekening tot en met de afwerking van het gebouw. Vanaf de jaren '70 wordt dit steeds meer uitgevoerd door grote architectenbureaus, waarin verschillende samenwerkende architecten ieder een deel voor hun rekening nemen. Arend Rothuizen was de eerste architect met een universitaire opleiding in Zeeland die naam maakte. Zijn bouwwerken en ideeën stonden bekend en waren geliefd om de 'menselijke maat'. Dit komt bijvoorbeeld tot uiting in zijn ontwerp van de Middelburgse wijk De Griffioen, tot op de dag van vandaag één van de populairste wijken in de Zeeuwse hoofdstad. Volgens de Middelburgse architect Johan de Koning (auteur van de publicatie ‘Welsamengevoegd en Welgebouwd. Het werk van architect Arend Rothuizen, Zeeuwse katernen nr. 6) kan Rothuizen's werk (in totaal meer dan 1200 werknummers) verdeeld worden over vier hoofdgroepen: het vroeg-moderne werk (1929-1938; onder meer de Gereformeerde Kerk in Oost-Souburg), het romantische werk (1938-1942; onder meer het gemeentehuis van St. Annaland), het moderne werk (1942-1958; onder meer de PZEM-centrale in Vlissingen) en het functionalistische werk (1958-1969; onder meer het VU-gebouw in Amsterdam). Volgens De Koning zag Arend Rothuizen zijn werk als ambacht en als kunst. Deze visie zorgde er volgens hem onder andere voor dat zijn architectuur, die in het begin sterk op het uiterlijk gericht was, zich steeds meer ging richten op de techniek van het bouwen en daardoor technischer en rationeler werd. Dit resulteerde volgens hem in een functionalistische architectuur die veel vrijheid en schoonheid verloor. Het betekende volgens De Koning bovendien dat Rothuizen een architect van Zeeuws formaat bleef. Een plaats tussen de grote Modernen is volgens hem daardoor niet gegund. De Volkskrantjournalisten Hilde de Haan en Ids Haagma (Volkskrant, 9-8-1991) waren het hier niet mee eens. Zij kwalificeerden Rothuizen als een architect die in de goede Nederlandse traditie met een open geest zo veel mogelijk invloeden op zijn werk toeliet, maar die in de eerste plaats bouwde voor zijn eigen streekgenoten. Vanuit dat gezichtpunt kan men volgens De Haan en Haagsma alleen maar concluderen dat hij in later jaren toch verstrikt raakte in die alom aanwezige kwaal: zo ontzettend nodig moeten aansluiten bij die Modernen. Het werden volgens de Volkskrantjournalisten dan ook niet zijn beste jaren.
Trivia
In zijn vrije tijd nam lezen een belangrijke plaats in. Vooral theologische werken - Rothuizen was belijdend lid van de Gereformeerde Kerk - hadden de belangstelling van Arend Rothuizen. Zijn zoon Frans Rothuizen (1935-) was fotograaf en (evenals zijn vader) architect.
Gebouwen ontworpen door Rothuizen
- Westerkerk Goes
- Gemeentehuis St. Annaland
- HTS Vlissingen
- PZEM-centrale Vlissingen
- Verpleeghuis Ter Poorte Koudekerke
- Landbouwschool ZLM Schoondijke
- Wijk Griffioen Middelburg
- Ziekenhuis VU Amsterdam
- De Ruyterschool Vlissingen
- Chr. Kweekschool Middelburg
- V. & D. Middelburg
- Chr. Lyceum Middelburg
- Ger. Kerk Oost-Souburg
- Zeehospitum Oostkapelle
- Getuigeniskerk Middelburg
Prijzen/eretekens
Bronnen
Auteur
-W. van Gorsel, 2023
Noten