Job Baster
Tekst uit Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984
(Zierikzee 2 april 1711 - Zierikzee 7 maart 1775). Studeerde medicijnen te Leiden van 1728-1731 en promoveerde in 1731 op een dissertatie 'De Osteogenia' (over de verbening). Na een studiereis naar Parijs en Londen vestigde hij zich als geneesheer te Zierikzee (december 1732). Trouwde in 1734 met Jacoba de Kok (overleden 1737) en in 1741 met Jacoba de Vink, de dochter van een vroegere leermeester. Naast zijn drukke praktijk verrichtte hij onderzoekingen op medisch en natuurwetenschappelijk gebied. Bestudeerde planten en dieren uit Zeeland en geneeskrachtige kruiden in een door hem geërfde tuin, die later de naam 'Het Zonnehof' kreeg. Correspondeerde over zijn onderzoek met vele Nederlandse en buitenlandse geleerden. Een groot aantal van zijn onderzoekingen is gepubliceerd, o.a. in zijn boek 'Natuurkundige Uitspanningen' (1759-1765). Baster was een van de eersten in Nederland die in de vijvers van zijn tuin met succes goudvissen kweekte. In 1737 werd hij Fellow van de Royal Society in London, in 1745 lid van de Hollandse Maatschappij der Wetenschappen en in 1768 van het Genootschap ter bevordering van nuttige kunsten en wetenschappen, de voorloper van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, toen nog te Vlissingen. Aan het Zeeuwsch Genootschap legateerde hij een groot buffet, samengesteld uit vele soorten schelpen en zeegewassen. Dit buffet bevindt zich thans in het Zeeuws Museum. In 1976 werd te Zierikzee in de kruidentuin naast het parkeerterrein Mosselenboom gaard (de plaats van de voormalige Zonnehof) een door de Zierikzeese beeldhouwer A.S. M. Braat vervaardigd beeldje van hem onthuld.