Jacob Verheije van Citters
Citters, Jacob Verheije Van |
---|
(Middelburg 4 maart 1753 - St.-Laurens 17 juli 1823). Magistraat. Studeerde te Utrecht, waar hij 4 november 1774 promoveerde in de rechten na verdediging van zijn proefschrift `De Toparchiis et Ambactis in Zelandia eorumque juribus', in 1795 ook in het Nederlands verschenen onder de titel 'Over de hooge en lage ambachtsheerlijkheden in Zeeland en hare regten'. In 1775 werd hij benoemd tot raadsheer in het Hof van Vlaanderen, in 1779 werd hij aangezocht als Ordinaris Raad in het Hof van Holland, Zeeland en West-Friesland, welk ambt hij tot de omwenteling van 1795 bekleedde, waarna hij zich terugtrok op zijn kasteel Popkensburg bij St.-Laurens. Hoewel hij in 1802 werd aangezocht het de partement van justitie te gaan leiden weigerde hij. Jacob Verheije van Citters is voor het Zeeuwsch Genootschap van grote betekenis geweest. Aan het begin van de 19e eeuw schonk hij een kaart betreffende ambachtsheerlijke rechten aan het Genootschap. Dit werd het begin van de verzameling kaarten, prenten en tekenin gen van het Genootschap. Het bestaan van deze verzameling leidde ertoe dat de zoon van Jacob Verheije van Citters bij testament bepaalde, dat de historische-topografische Atlas `Zelandia Illustrata' van zijn vader aan het Genootschap voor de som van 1200 te koop werd aangeboden. In korte tijd brachten de directeuren van het Genootschap deze som bijeen, waarna deze verzameling in de loop der jaren uitgebreid werd tot een collectie van ca. 10.000 kaarten, prenten en tekeningen betreffende Zeeland. Op deze wijze is de naam van Jacob Verheije van Citters onafscheidelijk verbonden met de Zelandia Illustrata. Van hem is nog verschenen 'Iets aangaande het wapen, de keizerlijke kroon boven hetselve en de zegels der stad Middelburg', in Archief Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen I (1856).
AUTEUR
L. Hageman/ H. Kluiver
LITERATUUR
Nagtglas, Levensberichten. N.N.B.W. IV.
AFBEELDING
J. Verheije van Citters en zijn familie (Zeeuws Museum).