Stefan de Die
Voormalig zwemmer uit Goes. Hij was gespecialiseerd in de vrije slag. (Geboren 15 juni 1986 te Goes)
Loopbaan als zwemmer
Stefan de Die begon zijn zwemcarrière in zijn woonplaats Terneuzen bij Z&PC de Schelde. Mede vanwege zijn studie (Sport, Management & Ondernemen aan de Academie voor Lichamelijke Opvoeding (ALO)) verhuisde hij in 2003 naar Amsterdam.
De talentvolle Zeeuw gaat in Amsterdam bij De Dolfijn zwemmen en onder begeleiding van trainer Hans Elzerman wordt hij in 2004 Nederlands jeugdkampioen op de 50 meter vrij. Een jaar later, in 2005, gaat Stefan de Die trainen onder Martin Truijens.
In 2007 weet Stefan de Die zich te plaatsen voor het EK 2008 in Eindhoven. Helaas lukt het net niet zich te plaatsen voor de Olympische Spelen. Wel behaalt hij een startbewijs voor het EK kortebaan 2008 in Rijeka (Kroatië). In dit toernooi reikt hij tot de halve finales in de 100 meter vrij. Op de andere individuele nummers (50 en 200 meter vrije slag) komt hij niet verder dan de series. Bij de 4x50 meter vrij behaalt Stefan de Die (samen met Bastiaan Tamminga, Robin van Aggele en Robert Lijesen) een zesde plaats.
In 2010 plaatste Stefan de Die zich voor het EK in Boedapest. Daar kwam hij op de 200 meter vrij echter niet verder dan de series. Op de 4x200 meter vrij behaalde hij – samen met Bas van Velthoven, Joost Reijns en Sebastiaan Verschuren – een zesde plaats. Op het EK kortebaan dat jaar (Eindhoven) werd Stefan de Die zesde op de 200 meter vrij. Op de 100 meter vrij reikte hij dat toernooi tot de halve finales, op de 50 meter vrij kwam hij niet door de series. Succes was er wel op de 4x50 meter wisselslag, waar hij samen met Joeri Verlinden, Nick Driebergen en Robin van Aggele net buiten het podium viel (vierde). Op de 4x50 meter vrij eindigde hij – met Bas van Velthoven, Jan Kersten en Robbert Donk – op een verdienstelijke vijfde plek.
Omdat hij geen mogelijkheid zag zich te kwalificeren voor de Olympische Spelen van 2012 beëindigde Stefan de Die op 31 augustus 2011 zijn zwemcarrière.
Auteur
Wim van Gorsel, 2015