Adriaan de Buck: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 11: | Regel 11: | ||
}} | }} | ||
== Biografie == | == Biografie == | ||
Adriaan de Buck studeerde theologie te Leiden en van 1917-1921 en egyptologie bij Kurt Sethe in Göttingen en Berlijn. In 1922 promoveerde hij te Leiden op het proefschrift 'De Egyptische voorstellingen betreffende den oerheuvel.' Inmiddels was hij in 1921 hervormd predikant te Ursem in Noord-Holland geworden, maar van 1925-1929 deed hij onderzoek in Egypte voor de universiteit van Chicago. In 1929 werd hij lector in de egyptologie in Leiden, welke leerstoel in 1937 werd uitgebreid met de geschiedenis der antieke godsdiensten. In 1939 werd hij tot buitengewoon hoogleraar benoemd, in 1949 tot gewoon hoogleraar. Prof. De Buck heeft grote verdiensten gehad als taalgeleerde en vertaler. Hij stelde een Egyptische grammatica (1941) en een Egyptisch leeshoek (1941) samen, vertaalde uit het oud-Egyptisch (‘Egyptische verhalen uit het oud-Egyptisch vertaald’, 1928) en schreef talrijke bijdragen voor encyclopedieën en tijdschriften. Zijn vertaling van 'Het zonnelied van Achnaton' (1938) werd in 1954 heruitgegeven met kleurenlitho's van [[Harry van Kruiningen]]. Wereldnaam verwierf hij echter met de uitgave van opschriften op Egyptische doodkisten uit de periode 2280-1780 v.C., die van onschatbare waarde zijn voor de kennis van de godsdienst van de oude Egyptenaren. Zijn levenswerk `The Egyptian Coffin Texts' verscheen in 7 delen. | Adriaan de Buck studeerde theologie te Leiden en van 1917-1921 en egyptologie bij Kurt Sethe in Göttingen en Berlijn. In 1922 promoveerde hij te Leiden op het proefschrift 'De Egyptische voorstellingen betreffende den oerheuvel.' Inmiddels was hij in 1921 hervormd predikant te Ursem in Noord-Holland geworden, maar van 1925-1929 deed hij onderzoek in Egypte voor de universiteit van Chicago. In 1929 werd hij lector in de egyptologie in Leiden, welke leerstoel in 1937 werd uitgebreid met de geschiedenis der antieke godsdiensten. In 1939 werd hij tot buitengewoon hoogleraar benoemd, in 1949 tot gewoon hoogleraar. Prof. De Buck heeft grote verdiensten gehad als taalgeleerde en vertaler. Hij stelde een Egyptische grammatica (1941) en een Egyptisch leeshoek (1941) samen, vertaalde uit het oud-Egyptisch (‘Egyptische verhalen uit het oud-Egyptisch vertaald’, 1928) en schreef talrijke bijdragen voor encyclopedieën en tijdschriften. Zijn vertaling van 'Het zonnelied van Achnaton' (1938) werd in 1954 heruitgegeven met kleurenlitho's van [[Harry van Kruiningen (Henri Adelbert Janssen)|Harry van Kruiningen]]. Wereldnaam verwierf hij echter met de uitgave van opschriften op Egyptische doodkisten uit de periode 2280-1780 v.C., die van onschatbare waarde zijn voor de kennis van de godsdienst van de oude Egyptenaren. Zijn levenswerk `The Egyptian Coffin Texts' verscheen in 7 delen. | ||
== beknopte Bibliografie == | == beknopte Bibliografie == | ||
Regel 20: | Regel 20: | ||
== Auteur == | == Auteur == | ||
A.J. B. | |||
== Literatuur == | == Literatuur == | ||
*Adriaan de Buck (Documentatiemap) (Middelburg: ZB, 2008). | |||
*Van Proosdij en Janssen, Als een goed instrument. | |||
[[category:persoon]] | [[category:persoon]] |
Huidige versie van 7 jun 2021 om 08:13
Adriaan de Buck | |
---|---|
Adriaan de Buck, ca. 1935, foto: ZB, Beeldbank Zeeland, recordnr. 146924 | |
Geboren | 22 september 1892 Oostkapelle |
Overleden | 28 oktober 1959 Leiden |
Beroep | Egyptoloog |
VIAF | A. de Buck |
Biografie
Adriaan de Buck studeerde theologie te Leiden en van 1917-1921 en egyptologie bij Kurt Sethe in Göttingen en Berlijn. In 1922 promoveerde hij te Leiden op het proefschrift 'De Egyptische voorstellingen betreffende den oerheuvel.' Inmiddels was hij in 1921 hervormd predikant te Ursem in Noord-Holland geworden, maar van 1925-1929 deed hij onderzoek in Egypte voor de universiteit van Chicago. In 1929 werd hij lector in de egyptologie in Leiden, welke leerstoel in 1937 werd uitgebreid met de geschiedenis der antieke godsdiensten. In 1939 werd hij tot buitengewoon hoogleraar benoemd, in 1949 tot gewoon hoogleraar. Prof. De Buck heeft grote verdiensten gehad als taalgeleerde en vertaler. Hij stelde een Egyptische grammatica (1941) en een Egyptisch leeshoek (1941) samen, vertaalde uit het oud-Egyptisch (‘Egyptische verhalen uit het oud-Egyptisch vertaald’, 1928) en schreef talrijke bijdragen voor encyclopedieën en tijdschriften. Zijn vertaling van 'Het zonnelied van Achnaton' (1938) werd in 1954 heruitgegeven met kleurenlitho's van Harry van Kruiningen. Wereldnaam verwierf hij echter met de uitgave van opschriften op Egyptische doodkisten uit de periode 2280-1780 v.C., die van onschatbare waarde zijn voor de kennis van de godsdienst van de oude Egyptenaren. Zijn levenswerk `The Egyptian Coffin Texts' verscheen in 7 delen.
beknopte Bibliografie
- De egyptische voorstellingen betreffende den oerheuvel (Leiden, 1922).
- De zegepraal van het licht; voorstellingen en symbolen uit den oud-egyptischen zonnedienst (Amsterdam, 1930).
- Dodenschepen op de Nijl (Amsterdam, 1960).
Auteur
A.J. B.
Literatuur
- Adriaan de Buck (Documentatiemap) (Middelburg: ZB, 2008).
- Van Proosdij en Janssen, Als een goed instrument.