Alsem: verschil tussen versies

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Jacqueline (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Jacqueline (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 7: Regel 7:
==Soorten==
==Soorten==
In Zeeland komen de volgende twee soorten algemeen voor:
In Zeeland komen de volgende twee soorten algemeen voor:
* Bijvoet (A. vulgáris). Een weinig geurende plant met bladeren die aan de bovenzijde kaal zijn. Algemeen op droge ruderale plaatsen, bijv. op dijken en in wegbermen.  
* Bijvoet (Artemisia vulgáris). Een weinig geurende plant met bladeren die aan de bovenzijde kaal zijn. Algemeen op droge ruderale plaatsen, bijv. op dijken en in wegbermen.  
* Zeealsem (A. marítima; Sch.: vlooienkruid, Z.B.: zeehos). Kleiner dan bijvoet, bladeren aan beide zijden behaard en met karakteristieke geur. Algemeen op de hoogste delen van het buitendijkse gebied, bijv. op oeverwallen langs kreken en in aanspoelzônes op dijken. Werd vroeger in het hondehok gestrooid tegen vlooien. Op een enkele plaats groeit in Zeeland ook de absint-alsem (A. absínthium), een op bijvoet gelijkende plant, die sterk naar zeep ruikt.
* Zeealsem (A. marítima; Sch.: vlooienkruid, Z.B.: zeehos). Kleiner dan bijvoet, bladeren aan beide zijden behaard en met karakteristieke geur. Algemeen op de hoogste delen van het buitendijkse gebied, bijv. op oeverwallen langs kreken en in aanspoelzônes op dijken. Werd vroeger in het hondehok gestrooid tegen vlooien. Op een enkele plaats groeit in Zeeland ook de absint-alsem (A. absínthium), een op bijvoet gelijkende plant, die sterk naar zeep ruikt.



Versie van 2 jun 2021 08:08

Alsem

Alsem (Artemísia)

Geslacht van vaak sterk geurende, forse, overblijvende kruiden van de Composietenfamilie. De meeste soorten zijn meer of minder grijsviltig behaard en hebben kleine gele of bruinige bloeiwijzen. Vaak wordt er ook geneeskrachtige betekenis aan toegekend.

Soorten

In Zeeland komen de volgende twee soorten algemeen voor:

  • Bijvoet (Artemisia vulgáris). Een weinig geurende plant met bladeren die aan de bovenzijde kaal zijn. Algemeen op droge ruderale plaatsen, bijv. op dijken en in wegbermen.
  • Zeealsem (A. marítima; Sch.: vlooienkruid, Z.B.: zeehos). Kleiner dan bijvoet, bladeren aan beide zijden behaard en met karakteristieke geur. Algemeen op de hoogste delen van het buitendijkse gebied, bijv. op oeverwallen langs kreken en in aanspoelzônes op dijken. Werd vroeger in het hondehok gestrooid tegen vlooien. Op een enkele plaats groeit in Zeeland ook de absint-alsem (A. absínthium), een op bijvoet gelijkende plant, die sterk naar zeep ruikt.

Auteur

-A.M.M. van Haperen