Abraham van der Myle: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 10: | Regel 10: | ||
| VIAF = [http://viaf.org/viaf/37981307 Abraham van der Myle] | | VIAF = [http://viaf.org/viaf/37981307 Abraham van der Myle] | ||
}} | }} | ||
==Biografie== | |||
Dichter en taalkundige. Behoorde tot een bekend patriciërsgeslacht. Studeerde theologie o.a. te Gent en Heidelberg; 1589 predikant te Vlissingen, maar in 1609 op bevel van de plaatselijke overheid ontslagen wegens remonstrantse gezindheid. In 1614 werd hij predikant in Papendrecht, waar hij in 1619 ontslagen werd wegens Arminiaanse opvattingen, waarna hij zich te Dordrecht vestigde. Uit zijn Vlissingse tijd dateert zijn vertaling van 'Den slach van Lepanten' (1593), van Jacobus VI van Schot land. Hij bleef bekend door zijn 'Lingua Belgica' (1612), een pleidooi voor de moedertaal. Hij werkte mee aan de 'Nederduytschen Helicon' (1610) en de `Zeeusche Nachtegael' (1623) en stond met vele geleerden in correspondentie o.a. met Marnix en De Groot. | Dichter en taalkundige. Behoorde tot een bekend patriciërsgeslacht. Studeerde theologie o.a. te Gent en Heidelberg; 1589 predikant te Vlissingen, maar in 1609 op bevel van de plaatselijke overheid ontslagen wegens remonstrantse gezindheid. In 1614 werd hij predikant in Papendrecht, waar hij in 1619 ontslagen werd wegens Arminiaanse opvattingen, waarna hij zich te Dordrecht vestigde. Uit zijn Vlissingse tijd dateert zijn vertaling van 'Den slach van Lepanten' (1593), van Jacobus VI van Schot land. Hij bleef bekend door zijn 'Lingua Belgica' (1612), een pleidooi voor de moedertaal. Hij werkte mee aan de 'Nederduytschen Helicon' (1610) en de `Zeeusche Nachtegael' (1623) en stond met vele geleerden in correspondentie o.a. met Marnix en De Groot. | ||
Versie van 1 apr 2021 09:45
Abraham van der Myle | |
---|---|
300px tekst | |
Geboren | 13 februari 1563 's Herenberg |
Overleden | 27 maart 1637 Dordrecht |
Beroep | Dichter en taalkundige |
VIAF | Abraham van der Myle |
Biografie
Dichter en taalkundige. Behoorde tot een bekend patriciërsgeslacht. Studeerde theologie o.a. te Gent en Heidelberg; 1589 predikant te Vlissingen, maar in 1609 op bevel van de plaatselijke overheid ontslagen wegens remonstrantse gezindheid. In 1614 werd hij predikant in Papendrecht, waar hij in 1619 ontslagen werd wegens Arminiaanse opvattingen, waarna hij zich te Dordrecht vestigde. Uit zijn Vlissingse tijd dateert zijn vertaling van 'Den slach van Lepanten' (1593), van Jacobus VI van Schot land. Hij bleef bekend door zijn 'Lingua Belgica' (1612), een pleidooi voor de moedertaal. Hij werkte mee aan de 'Nederduytschen Helicon' (1610) en de `Zeeusche Nachtegael' (1623) en stond met vele geleerden in correspondentie o.a. met Marnix en De Groot.
Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984
Auteur
P.J. Meertens
Literatuur
- Nagtglas, Levensberichten.
- Vrolikhert, Vlissingsche kerkhemel.
- Meertens, Letterkundig leven.
- Meertens, Abr. van der Mijle als taalgeleerde, 263-274.