Franchoijs Jacobszn Visscher: verschil tussen versies
Regel 25: | Regel 25: | ||
==Literatuur== | ==Literatuur== | ||
*[http://zoeken.zeeuwsebibliotheek.nl/?itemid=|universal/sru|http://data.bibliotheek.nl/ggc/ppn/820226661 R. Posthumus | *[http://zoeken.zeeuwsebibliotheek.nl/?itemid=|universal/sru|http://data.bibliotheek.nl/ggc/ppn/820226661 Abel Janszoon Tasman, Franchoys Jacobszn Visscher en R.Posthumus Meyjes, ''De reizen van Abel Janszoon Tasman en Franchoys Jacobszoon Visscher ter nadere ontdekking van het Zuidland in 1642/3 en 1644'', ('s Gravenhage, 1919)] | ||
*F.W. Stapel, De Oost-Indische Compagnie en Australië (Patria-reeks deel 4). | *F.W. Stapel, De Oost-Indische Compagnie en Australië (Patria-reeks deel 4). |
Versie van 19 dec 2019 08:39
Franchoijs Jacobszn Visscher | |
---|---|
300px tekst | |
Geboren | [[]] [[]] Vlissingen |
Beroep | Cartograaf, zeeman en ontdekkingsreiziger |
VIAF | Franchoijs Jacobszn Visscher |
Biografie
Opperstuurman en 'piloodt-majoor' bij de V.O.C. Voer in 1623 als stuurman met de zg. Nassausche vloot via straat Magalhães en Chili naar Indië en deed op deze reis zijn eerste kennis op van de Stille Zuidzee. In Indië maakte Visscher al spoedig naam als bekwaam kartograaf, die handelsroutes voor de V.O.C. uitzette, bijv. naar de Pescadoren die de westkust van Japan verkende en de hele haai van Tonkin in kaart bracht. Hij trok aldus de aandacht van Gouverneur-Generaal van Diemen en deze verzocht hem een memorie samen te stellen, een soort leidraad bij een eventueel onderzoek naar en van het min of meer legendarische Zuidland. Visscher schreef toen zijn 'Beschrijvinge noopende het ontdecken vant Suijtlandt', hetgeen voor Van Diemen voldoende was om een expeditie uit te rusten. Abel Tasman kreeg de leiding. Visscher werd de tweede man, maar de instructie stipuleerde uitdrukkelijk dat 'in saecken, die de zeevaert als courssen ende 't ontdecken van landen etc. aengaen, den stierman-mayoor Francoys Jacobsen de tweede stem (sal) occuperen, en desselfs advysen in behoorlycke achtinge genomen werden, wesende dese reyse met syne communicatie geconcipieert'.
Op 14 augustus 1642 vertrokken Tasman en Visscher met de Heemskerck en de Zeehaen uit Batavia en zo begon de beroemde tocht die zou leiden tot de ontdekking van nieuwe delen van Australië (Tasmanië), van Nieuw Zeeland, de Vriendschapseilanden en de Fidjieilanden, merendeels gebied 'van geen Europysche volckeren noch bekent'. Tasman nam `Australië' met een V.O.C.-bordje op een paal en een prinsevlag erboven voor Hunne Hoogmogenden in bezit; Visscher had alles keurig in kaart gebracht en zijn producten werden door Tasman bij het journaal gevoegd. Van Diemen was tevreden; hij wist nu dat er ten zuidoosten van de Indische Archipel een groot continent lag (Tasman was er omheen gezeild) en achtte het niet uitgesloten dat er langs de zuidkant van dit continent een makkelijke en korte route naar Zuid-Amerika te vinden zou zijn. Handel had de tocht niet opgeleverd, maar dat zou misschien wel komen.
Van Diemen gaf nu Tasman en Visscher opdracht om een nieuwe reis te ondernemen, ten einde te weten te komen of dat nieuw ontdekte zuidland een verlengde was van Nieuw-Guinee of een apart eiland. M.a.w. Tasman moest langs de zuidkust van Nieuw-Guinee varen om te kijken of er daar een doorgang was (op zijn eerste reis was hij op de terugweg langs de noordkust van Nieuw-Guinee teruggevaren). Deze tweede tocht van Tasman is mislukt. Tasman en Visscher hebben nog een flink stuk van de Australische noordkust onderzocht en in kaart gebracht, maar zijn teruggekeerd met de conclusie dat er geen doorgang was. Hoe zij tot deze conclusie zijn gekomen is niet bekend, want het journaal van de reis is verloren gegaan. Alleen de kaart is overgeleverd en daarop zet Visscher Nieuw-Guinee aan Australië vast. Vermoedelijk is Tasman, die begon de zuidkust van Nieuw-Guinee te volgen te ver naar het zuiden gezeild en toen tegen de westkant van het (Australische) schiereiland York aan gekomen. Honderd jaar later bleek dat de doorgang al in 1607 door een Portugees, de Torres, was ontdekt. Aan zijn rapport was toen geen aandacht besteed, maar terecht draagt de straat nu zijn naam. Na de tweede Tasman-reis zwijgen de bronnen over Visscher, Visscher's aandeel in de reizen was echter zeker zo groot als dat van Tasman.
Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984
Auteur
A.Teunis
Literatuur
- F.W. Stapel, De Oost-Indische Compagnie en Australië (Patria-reeks deel 4).