Aernout van Citters: verschil tussen versies

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Johan Francke (overleg | bijdragen)
k Johan Francke heeft pagina Aernout van Citters (Ceters) hernoemd naar Aernout van Citters
Johan Francke (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 1: Regel 1:
{{Infobox
{{InfoboxPersoon
| above      = Citters (ceters), Aernout Van, Heer Van Gapinge
| afbeelding = [[Bestand:Citters_173.jpg|200px]]
| naam = Aernout van Citters, Heer van Gapinge; Aernout van Ceters
| onderschrift = Portret van Aernout van Citters uit J. Wagenaars ''Historie'', tekeningen en prenten, ZB, Beeldbank Zeeland, recordnr. 173
| geboortedatum = [[10 december]] [[1633]]
| geboorteplaats = Middelburg
| overlijdensdatum = [[12 oktober]] [[1696]]
| overlijdensplaats = Madrid
| beroep = jurist en diplomaat
| VIAF = [http://viaf.org/viaf/10236830 A. van Citters]
}}
}}
== Levensloop ==
Aernout van Cittes studeerde rechten te Leiden, waar hij 8 juni 1655 promoveerde op een dissertatie ‘In qua illustres aliquot positiones ex materia testamentaria desumptae’. Na een indrukwekkende juridische carrière - in 1667 werd hij benoemd tot lid van de Raad van Vlaanderen, in 1671 tot secretaris van Middelburg, vervolgens was hij van 1674-1680 raadsheer in het Hof van Holland en Zeeland en van 1680-1683 lid van de Hooge Raad - nam hij sinds 1680 tevens de post van ambassadeur aan het Engelse Hof waar, een in die tijd moeilijke standplaats. Hij is er niet in geslaagd een invloedrijk persoon te worden. Deels omdat hij niet het vertrouwen van Willem III genoot, tegenover wie hij, als een der weinigen, een eigen mening durfde stellen en deels omdat hij in kritieke fasen, zoals de voorbereidingen van de Glorious Revolution (1688), geassisteerd had dienen te worden, onder andere door Van Beuningen, met wie hij al de jaren 1681-1683 tevergeefs had getracht Karel II te winnen voor een tegen Frankrijk gericht associatie-verdrag. Het offensief en defensief verbond tussen Engeland en de Nederlanden, dat hij in 1689 in samenwerking met Witsen, Nassau-Odijk, Dijkveld en Schimmelpenning moest helpen sluiten, achtte hij nadelig voor de Nederlanden daar er de handel met Frankrijk mee verhinderd werd. Maar niemand durfde Willem III te dwarsbomen. In 1691 vroeg hij ontslag aan wat hem pas in 1694 verleend werd. Inmiddels was hij in 1692 aangezocht als buitengewoon-gezant aan het Spaanse Hof, welke benoeming hij in 1693 accepteerde, doch hij stierf te Madrid eer hij er zijn officiële intrede kon maken.


(Middelburg 10 dec. 1633 - Madrid 12 okt. 1696). Jurist en diplomaat. Studeerde rechten te Leiden, waar hij 8 juni 1655 promoveerde op een dissertatie: In qua illustres aliquot positiones ex materia testamentaria desumptae. Na een indrukwekkende juridische carrière in 1667 werd hij benoemd tot lid van de Raad van Vlaanderen, in 1671 tot secretaris van Middelburg, vervolgens was hij van 1674-1680 raadsheer in het Hof van Holland en Zeeland en van 1680-1683 lid van de Hooge Raad nam hij sinds 1680 tevens de post van ambassadeur aan het Engelse Hof waar, een in die tijd moeilijke standplaats. Hij is er niet in geslaagd een invloedrijk persoon te worden, deels omdat hij niet het vertrouwen van Willem III genoot, tegenover wie hij, als een der weinigen, een eigen mening durfde stellen, deels omdat hij in kritieke fasen, zoals de voorbereidingen van de Glorious Revolution (1688), geassisteerd had dienen te worden, o.a. door van Beuningen, met wie hij al de jaren 1681-1683 tevergeefs had getracht Karel II te winnen voor een tegen Frankrijk gericht associatie-verdrag Het of- en defensief verbond tussen Engeland en de Nederlanden, dat hij in samenwerking met Witsen, Nassau-Odijk, Dijkveld en Schimmelpenning moest helpen sluiten in 1689, achtte hij nadelig voor de Nederlanden daar er de handel met Frankrijk mee verhinderd werd, maar niemand durfde Willem III te dwarsbomen. In 1691 vroeg hij ontslag aan wat hem pas in 1694 verleend werd: inmiddels was hij in 1692 aangezocht als buitengewoon-gezant aan het Spaanse Hof, welke benoeming hij in 1693 accepteerde, doch hij stierf te Madrid eer hij er zijn officiële intrede kon maken (12 okt. 1696).
== Bibliografie ==
*[]


== Tekst Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984 ==
{{GoToOriginal}}


AUTEUR
== Auteur ==
 
-L. Hageman
L. Hageman
 
 
LITERATUUR
 
Nagtglas, Levensberichten. Fruin, Verspreide Geschriften V, 72; 93; 177. N.N. B.W. IV.
 
 
AFBEELDING
 
Portret van Aernout van Citters
 


== Literatuur ==
-Nagtglas, Levensberichten.


-Fruin, Verspreide Geschriften V, 72; 93; 177.


-N.N.B.W. IV.


[[category:Zeeuwen]]
[[category:politiek]]
[[category:persoon]]
[[category:persoon]]

Versie van 7 jun 2016 11:01

Aernout van Citters

Portret van Aernout van Citters uit J. Wagenaars Historie, tekeningen en prenten, ZB, Beeldbank Zeeland, recordnr. 173
Geboren 10 december 1633 Middelburg
Overleden 12 oktober 1696 Madrid
Beroep jurist en diplomaat
VIAF A. van Citters

Levensloop

Aernout van Cittes studeerde rechten te Leiden, waar hij 8 juni 1655 promoveerde op een dissertatie ‘In qua illustres aliquot positiones ex materia testamentaria desumptae’. Na een indrukwekkende juridische carrière - in 1667 werd hij benoemd tot lid van de Raad van Vlaanderen, in 1671 tot secretaris van Middelburg, vervolgens was hij van 1674-1680 raadsheer in het Hof van Holland en Zeeland en van 1680-1683 lid van de Hooge Raad - nam hij sinds 1680 tevens de post van ambassadeur aan het Engelse Hof waar, een in die tijd moeilijke standplaats. Hij is er niet in geslaagd een invloedrijk persoon te worden. Deels omdat hij niet het vertrouwen van Willem III genoot, tegenover wie hij, als een der weinigen, een eigen mening durfde stellen en deels omdat hij in kritieke fasen, zoals de voorbereidingen van de Glorious Revolution (1688), geassisteerd had dienen te worden, onder andere door Van Beuningen, met wie hij al de jaren 1681-1683 tevergeefs had getracht Karel II te winnen voor een tegen Frankrijk gericht associatie-verdrag. Het offensief en defensief verbond tussen Engeland en de Nederlanden, dat hij in 1689 in samenwerking met Witsen, Nassau-Odijk, Dijkveld en Schimmelpenning moest helpen sluiten, achtte hij nadelig voor de Nederlanden daar er de handel met Frankrijk mee verhinderd werd. Maar niemand durfde Willem III te dwarsbomen. In 1691 vroeg hij ontslag aan wat hem pas in 1694 verleend werd. Inmiddels was hij in 1692 aangezocht als buitengewoon-gezant aan het Spaanse Hof, welke benoeming hij in 1693 accepteerde, doch hij stierf te Madrid eer hij er zijn officiële intrede kon maken.

Bibliografie

  • []

Tekst Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Bekijk de originele tekst uit de Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Auteur

-L. Hageman

Literatuur

-Nagtglas, Levensberichten.

-Fruin, Verspreide Geschriften V, 72; 93; 177.

-N.N.B.W. IV.