Cornelis Koopman

Koopman, Cornelis

(Zierikzee 3 juli 1897 - Bennekom 24 februari 1978). Kweker.

R.H.B.S. te Zierikzee, landbouwingenieur Wageningen (tuinbouw) 1922, vestigde zich als zelfstandig handelaar en kweker te Zierikzee (Zeeuws selectiebedrijf). In 1932 werd zijn Zelka-Schokker in de rassenlijst opgenomen. Het was meer dan 25 jaar de schokker (een erwtensoort) met het grootste areaal in Nederland. Daarnaast had hij succes met bruine bonen (Aka, Beka, Ceka) en uien (Perijka), terwijl aan graszaden en voederbieten werk werd verricht. Van 1922-1938 was het bedrijf te Zierikzee gevestigd; vanaf 1932 werd samengewerkt met het Centraal Bureau en in 1938 ging Koopman over naar Hoofddorp als directeur van een nieuw zaadveredelingsbedrijf van het Centraal Bureau (later Cebeco-handelsraad en overgeplaatst naar Flevoland), tot 1958. Binnen 10 jaar na de verhuizing werden uit het meegenomen kweekmateriaal onder andere nog verkregen Staringtarwe (1942), Rondo-erwt (1943) en Big Ben Schokker(1954). Hij fungeerde als vicevoorzitter van de NAK, ontving de Oortwijn Botjens-penning, de Broekema-plaquette wegens bijzondere verdiensten voor de plantenveredeling (1953) en de onderscheiding van het Izaak Korteweg en Anna Ida Overwaterfonds te Strijen (1955).

AUTEUR

M.A. Geuze, gecontroleerd redactie 2013

Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984

(Zierikzee 3 juli 1897 - Bennekom 24 februari 1978). Kweker. R.H.B.S. te Zierikzee, landbouw-ingenieur Wageningen (tuinbouw) 1922, vestigde zich als zelfstandig handelaar en kweker te Zierikzee (Zeeuws selectiebedrijf). In 1932 werd zijn Zelka-Schokker in de rassenlijst opgenomen. Het was meer dan 25 jaar de schokker (een erwtensoort met het grootste areaal in Nederland. Daarnaast had hij succes met bruine bonen (Aka, Beka, Ceka) en uien (Perijka), terwijl aan graszaden en voederbieten werk werd verricht. Van 1922-1938 was het bedrijf te Zierikzee gevestigd; vanaf 1932 werd samengewerkt met het Centraal Bureau en in 1938 ging Koopman over naar Hoofddorp als directeur van een nieuw zaadveredelingsbedrijf van het Centr. Bur. (thans Cebeco-handelsraad en overgeplaatst naar Flevoland), tot 1958. Binnen 10 jaar na de verhuizing werden uit het meegenomen kweekmateriaal o.a. nog verkregen Staringtarwe (1942), Rondo-erwt (1943) en Big Ben Schokker(1954). Hij fungeerde als vice-voorzitter van de NAK, ontving de Oortwijn Botjens-penning, de Broekema-plaquette wegens bijzondere verdiensten voor de plantenveredeling (1953) en de onderscheiding van het Izaak Korteweg en Anna Ida Overwaterfonds te Strijen (1955).