Amerikaanse Nerts (neovison Vison): verschil tussen versies

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Wim van Gorsel (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Wim van Gorsel (overleg | bijdragen)
Regel 4: Regel 4:
Kraker, Kees de
Kraker, Kees de


==Literatuur==
==Bronnen==
===Literatuur===
*Bekker, J.P. e.a., 2010: ''Zoogdieren in Zeeland''<nowiki>; Fauna Zeelandica Deel 6, Zoogdierenwerkgroep Zeeland, Stichting Het Zeeuwse Landschap, blz. 166-167</nowiki>
*Bekker, J.P. e.a., 2010: ''Zoogdieren in Zeeland''<nowiki>; Fauna Zeelandica Deel 6, Zoogdierenwerkgroep Zeeland, Stichting Het Zeeuwse Landschap, blz. 166-167</nowiki>


*[http://zoeken.zeeuwsebibliotheken.nl/?itemid=|library/vubissmart-zeeland|1681022 http://zoeken.zeeuwsebibliotheken.nl/?itemid=|library/vubissmart-zeeland|1681022]
===Sites===
*[http://zoeken.zeeuwsebibliotheken.nl/?itemid=|library/vubissmart-zeeland|1681022]

Versie van 4 dec 2024 10:43

De Amerikaanse nerts, soms wel mink genoemd, heeft een vergelijkbare grootte en gewicht als de bunzing. Vrouwtjes zijn, zoals bij alle marterachtigen een stuk kleiner dan mannetjes. Het zijn zwartbruine dieren met een witte vlek onder de kin die doorloopt tot aan de onderlip. Bij de Europese nerts is ook de bovenlip wit, verder is er uiterlijk weinig verschil tussen deze soorten als is de Amerikaan iets forser. De nertsen uit fokkerijen zijn een stuk groter en zwaarder dan de in het wild levende exemplaren, ook de kleuren van deze dieren kunnen erg afwijken. Varierend van sneewwit tot gitzwart en alles daar tussenin zoals grijs en wildkleur. Amerikaanse nertsen hebben evenals otters zwemvliezen tussen de tenen. De uitwerpselen die doorgaans het gevlochten uiterlijk hebben dat typerend is voor marterachtigen, kunnen bij een menu van schaaldieren een oranje kleur hebben. Ze worden vaak op verhoogde plaatsen gedeponeerd.

Auteur

Kraker, Kees de

Bronnen

Literatuur

  • Bekker, J.P. e.a., 2010: Zoogdieren in Zeeland; Fauna Zeelandica Deel 6, Zoogdierenwerkgroep Zeeland, Stichting Het Zeeuwse Landschap, blz. 166-167

Sites