Victorijnen: verschil tussen versies

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
k Andrea van Boven heeft de pagina Victorinnen hernoemd naar Victorijnen zonder een doorverwijzing achter te laten: Onjuist gespelde titel
Regel 3: Regel 3:
}}
}}


==Victorinnen==
==Victorijnen==
Kloosterzusters behorende tot de orde van St.-Victor van Parijs. Op 21 mei 1246 schonk Wolfert, heer van de Maelstede, 25 gemet land, vrij van schot en korentiend, voor de stichting van het klooster Jeruzalem in het Ambacht Biezelinge. Het was waarschijnlijk de bedoeling dat dit een cisterciënzerklooster zou worden, maar uit de bevestigingsoorkonde van paus Innocentius IV (1250) blijkt, dat dit klooster, gelegen in het diocees Utrecht, behoorde tot de orde van St.-Victor. Het klooster ontving veel schenkingen en kon ook door koop zijn gebied uitbreiden. Hierdoor was het in de tijd vóór de grote overstromingen met zijn ruim 500 gemet één van de rijkste. Het klooster Jeruzalem was waarschijnlijk een dochter van het klooster Blijdenburg te Mechelen en in zijn bloeitijd (laatste kwart van de 13e eeuw) hebben de zusters van Jeruzalem op hun beurt weer een dochterklooster in Antwerpen gesticht (St.-Margrietendaal of Ter Nonnen; 1279). Het klooster Jeruzalem is door ten hoogste 15 à 20 nonnen tegelijk bewoond geweest, veelal afkomstig uit Zuid-Beveland, waarvan sommigen uit de lage lokale adel. Tijdens de onlusten in 1572 en daarna werden de nonnen ondergebracht in andere conventen. In 1578 keerden zij naar Zuid-Beveland terug en vestigden zich te Goes, waar de verkoop van wat er van hun in slechte staat verkerende gebouwen was overgebleven werd geregeld. In 1579 werd beslag gelegd op de bezittingen van het klooster en de nonnen werd een alimentatie toegekend. Als laatste overleed de priorin Katarine Meskens op 17 januari 1612 te Antwerpen.
Kloosterzusters behorende tot de orde van St.-Victor van Parijs. Op 21 mei 1246 schonk Wolfert, heer van de Maelstede, 25 gemet land, vrij van schot en korentiend, voor de stichting van het klooster Jeruzalem in het Ambacht Biezelinge. Het was waarschijnlijk de bedoeling dat dit een cisterciënzerklooster zou worden, maar uit de bevestigingsoorkonde van paus Innocentius IV (1250) blijkt, dat dit klooster, gelegen in het diocees Utrecht, behoorde tot de orde van St.-Victor. Het klooster ontving veel schenkingen en kon ook door koop zijn gebied uitbreiden. Hierdoor was het in de tijd vóór de grote overstromingen met zijn ruim 500 gemet één van de rijkste. Het klooster Jeruzalem was waarschijnlijk een dochter van het klooster Blijdenburg te Mechelen en in zijn bloeitijd (laatste kwart van de 13e eeuw) hebben de zusters van Jeruzalem op hun beurt weer een dochterklooster in Antwerpen gesticht (St.-Margrietendaal of Ter Nonnen; 1279). Het klooster Jeruzalem is door ten hoogste 15 à 20 nonnen tegelijk bewoond geweest, veelal afkomstig uit Zuid-Beveland, waarvan sommigen uit de lage lokale adel. Tijdens de onlusten in 1572 en daarna werden de nonnen ondergebracht in andere conventen. In 1578 keerden zij naar Zuid-Beveland terug en vestigden zich te Goes, waar de verkoop van wat er van hun in slechte staat verkerende gebouwen was overgebleven werd geregeld. In 1579 werd beslag gelegd op de bezittingen van het klooster en de nonnen werd een alimentatie toegekend. Als laatste overleed de priorin Katarine Meskens op 17 januari 1612 te Antwerpen.



Versie van 21 nov 2024 13:27

Victorinnen

Victorijnen

Kloosterzusters behorende tot de orde van St.-Victor van Parijs. Op 21 mei 1246 schonk Wolfert, heer van de Maelstede, 25 gemet land, vrij van schot en korentiend, voor de stichting van het klooster Jeruzalem in het Ambacht Biezelinge. Het was waarschijnlijk de bedoeling dat dit een cisterciënzerklooster zou worden, maar uit de bevestigingsoorkonde van paus Innocentius IV (1250) blijkt, dat dit klooster, gelegen in het diocees Utrecht, behoorde tot de orde van St.-Victor. Het klooster ontving veel schenkingen en kon ook door koop zijn gebied uitbreiden. Hierdoor was het in de tijd vóór de grote overstromingen met zijn ruim 500 gemet één van de rijkste. Het klooster Jeruzalem was waarschijnlijk een dochter van het klooster Blijdenburg te Mechelen en in zijn bloeitijd (laatste kwart van de 13e eeuw) hebben de zusters van Jeruzalem op hun beurt weer een dochterklooster in Antwerpen gesticht (St.-Margrietendaal of Ter Nonnen; 1279). Het klooster Jeruzalem is door ten hoogste 15 à 20 nonnen tegelijk bewoond geweest, veelal afkomstig uit Zuid-Beveland, waarvan sommigen uit de lage lokale adel. Tijdens de onlusten in 1572 en daarna werden de nonnen ondergebracht in andere conventen. In 1578 keerden zij naar Zuid-Beveland terug en vestigden zich te Goes, waar de verkoop van wat er van hun in slechte staat verkerende gebouwen was overgebleven werd geregeld. In 1579 werd beslag gelegd op de bezittingen van het klooster en de nonnen werd een alimentatie toegekend. Als laatste overleed de priorin Katarine Meskens op 17 januari 1612 te Antwerpen.

Auteur

S.J.M. Hulsbergen

Literatuur

  • Dekker en Kruisheer, Het Victorinnenklooster.
  • C. Dekker, Zuid-Bevelend.
  • Swalue, Het voormalig klooster Jerusalem.
  • Schoengen, Monasticon Batuvum.
  • Römer, Kloosters en abdijen.