Victor de Slingere: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 10: | Regel 10: | ||
| VIAF = [http://viaf.org/viaf/ Victor de Slingere] | | VIAF = [http://viaf.org/viaf/ Victor de Slingere] | ||
}} | }} | ||
Pastoor van de St.-Baafs te Oostburg, tevens deken van Sluis. In Oostburg was hij 22 januari 1580 nog betrokken bij het sluiten van de kerkrekening, terwijl de calvinisten al meester waren van zijn kerk | Pastoor van de St.-Baafs te Oostburg, tevens deken van Sluis. In Oostburg was hij 22 januari 1580 nog betrokken bij het sluiten van de kerkrekening, terwijl de calvinisten al meester waren van zijn kerk. Het is niet zeker dat in het tijdvak 1584-1604. toen de stad weer in handen van de koning was, de katholieke eredienst hersteld is. Vast staat wel, dat de heide kerken, St.-Eligius en St .-Baafs, onbruikbaar waren toen de Staatsen de macht weer in handen kregen. De Slingere was bevriend met Mathias Lambrecht de latere bisschop van Brugge, en met Ruard Tapper en Michael Bajus. Omdat in Oostburg en omgeving steeds meer parochianen het katholieke geloof loslieten, stichtte hij twee beurzen in het nieuwe college van Ruard Tapper (10 mei 1575) en bevestigde de stichting nogmaals bij testament van 1583. Sedert 1578 was Oostburg een verlaten stad, platgebrand door staatse en koninklijke troepen, zodat ook De Slingere naar elders (St. Omaers, Fr.) vertrok. Het college van Tapper verdween, maar Bajus stichtte het college van St.-Augustinus, waarbij schenkingen van De Slingere en Lievin Leenarts, doctor in de medicijnen te Middelburg, een grote steun waren. | ||
==Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984== | ==Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984== |
Versie van 30 mrt 2020 08:53
Victor de Slingere | |
---|---|
300px tekst | |
Overleden | 17 mei of juni 1583 St.-Omaers (Fr.) |
Beroep | Pastoor en deken |
VIAF | Victor de Slingere |
Pastoor van de St.-Baafs te Oostburg, tevens deken van Sluis. In Oostburg was hij 22 januari 1580 nog betrokken bij het sluiten van de kerkrekening, terwijl de calvinisten al meester waren van zijn kerk. Het is niet zeker dat in het tijdvak 1584-1604. toen de stad weer in handen van de koning was, de katholieke eredienst hersteld is. Vast staat wel, dat de heide kerken, St.-Eligius en St .-Baafs, onbruikbaar waren toen de Staatsen de macht weer in handen kregen. De Slingere was bevriend met Mathias Lambrecht de latere bisschop van Brugge, en met Ruard Tapper en Michael Bajus. Omdat in Oostburg en omgeving steeds meer parochianen het katholieke geloof loslieten, stichtte hij twee beurzen in het nieuwe college van Ruard Tapper (10 mei 1575) en bevestigde de stichting nogmaals bij testament van 1583. Sedert 1578 was Oostburg een verlaten stad, platgebrand door staatse en koninklijke troepen, zodat ook De Slingere naar elders (St. Omaers, Fr.) vertrok. Het college van Tapper verdween, maar Bajus stichtte het college van St.-Augustinus, waarbij schenkingen van De Slingere en Lievin Leenarts, doctor in de medicijnen te Middelburg, een grote steun waren.
Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984
Auteur
C.P.M. Holtkamp
Literatuur
N.N.B.W.