Barend Cornelis Koekkoek: verschil tussen versies
kGeen bewerkingssamenvatting |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
| Regel 11: | Regel 11: | ||
}} | }} | ||
== Leven en werk == | == Leven en werk == | ||
Leerling van de Tekenacademie te Middelburg bij Abraham Krayestein, van zijn vader [[ | Leerling van de Tekenacademie te Middelburg bij Abraham Krayestein, van zijn vader [[Johannes Hermanus Koekkoek]] en van de Amsterdamse Academie. Hij had drie broers die eveneens schilder werden. Onder aanmoediging van zijn lerraar op de Middelburgse Tekenacademie verkoopt hij kleine tekeningen met motieven voor een rijksdaalder stuk. Met deze verkoop zou hij in één dag genoeg verdient hebben om zijn jaarlijkse studiekosten te betalen. Na in 1826 de Amsterdamse academie te hebben afgerond maakte hij studiereizen door Nederland, Duitsland en België. | ||
Barend Cornelis huwde met de schilderes Elise Thérèse Daiwaille en vestigde zich in 1836 in Kleef, waar hij met veel succes een tekenacademie stichtte. Hij was de grootste Nederlandse schilder van het romantische landschap. In Kleef en op zijn reizen in de Harz, de Rijnstreek en de Ardennen vond hij de inspiratie voor zijn weidse rivier-, berg- en boslandschappen met heroïsche burchten, ruïnes en zwaar geboomte. Hij genoot een bijzondere faam vanwege de manier waarop hij eikenbomen schilderde en had een grote invloed op zijn tijdgenoten. Ook was hij een begaafd aquarellist en lithograaf. Zijn boekje 'Herinneringen en mededelingen van eenen landschapschilder' (1841) werd bekend. | |||
[[Bestand:BCKoekkoek_ZI_II_1017.jpg|thumb|300px|right|Steendruk naar een tekening van B.C. Koekkoek van de Campveerse toren te Veere (midden 19<sup>e</sup> eeuw), collectie KZGW, ZI II, nr. 1017.]] | [[Bestand:BCKoekkoek_ZI_II_1017.jpg|thumb|300px|right|Steendruk naar een tekening van B.C. Koekkoek van de Campveerse toren te Veere (midden 19<sup>e</sup> eeuw), collectie KZGW, ZI II, nr. 1017.]] | ||
Versie van 24 mei 2018 08:52
| Barend Cornelis Koekkoek | |
|---|---|
 Barend Cornelis Koekkoek Collectie KZGW, ZI, IV nr. 0542 | |
| Geboren | 11 oktober 1803 Middelburg |
| Overleden | 5 april 1862 Kleef |
| Beroep | schilder |
| VIAF | B.C. Koekkoek |
Leven en werk
Leerling van de Tekenacademie te Middelburg bij Abraham Krayestein, van zijn vader Johannes Hermanus Koekkoek en van de Amsterdamse Academie. Hij had drie broers die eveneens schilder werden. Onder aanmoediging van zijn lerraar op de Middelburgse Tekenacademie verkoopt hij kleine tekeningen met motieven voor een rijksdaalder stuk. Met deze verkoop zou hij in één dag genoeg verdient hebben om zijn jaarlijkse studiekosten te betalen. Na in 1826 de Amsterdamse academie te hebben afgerond maakte hij studiereizen door Nederland, Duitsland en België. Barend Cornelis huwde met de schilderes Elise Thérèse Daiwaille en vestigde zich in 1836 in Kleef, waar hij met veel succes een tekenacademie stichtte. Hij was de grootste Nederlandse schilder van het romantische landschap. In Kleef en op zijn reizen in de Harz, de Rijnstreek en de Ardennen vond hij de inspiratie voor zijn weidse rivier-, berg- en boslandschappen met heroïsche burchten, ruïnes en zwaar geboomte. Hij genoot een bijzondere faam vanwege de manier waarop hij eikenbomen schilderde en had een grote invloed op zijn tijdgenoten. Ook was hij een begaafd aquarellist en lithograaf. Zijn boekje 'Herinneringen en mededelingen van eenen landschapschilder' (1841) werd bekend.
Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984
Auteur
-Gecontroleerd redactie 2013
Literatuur
- Gorissen, B.C. Koekkoek.
- Scheen, Lexicon I.
- Angelika Nollert, Barend Cornelis Koekkoek (1803-1862): prins der landschapschilders (Dordrecht 1997).
- Angelika Nollert, Barend Cornelis koekkoek (1803-1862): zijn familie, zijn school en het B.C. Koekkoek Huis in Kleef 3de herz. dr. (Kleef, 2000).