Leeuwentand: verschil tussen versies
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
kGeen bewerkingssamenvatting |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
| (2 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
| Regel 2: | Regel 2: | ||
| above = Leeuwentand | | above = Leeuwentand | ||
}} | }} | ||
[[Bestand:Herfstleeuwentand.jpg|thumb|right300px|Herfstleeuwentand, bron: Tim Redmond, Wikimedia]] | |||
==Leeuwentand (Leóntodon)== | ==Leeuwentand (Leóntodon)== | ||
Geslacht van overblijvende kruidachtige rozetplanten, behorend tot de familie der composieten. Kenmerkend zijn de gele bloeiwijzen. Gelijkt sterk op de | Geslacht van overblijvende kruidachtige rozetplanten, behorend tot de familie der composieten. Kenmerkend zijn de gele bloeiwijzen. Gelijkt sterk op de [[paardenbloem]], echter zonder melksap. In Zeeland komen twee soorten vrij algemeen voor. | ||
===Herfstleeuwentand (Leóntodon autumnális)=== | |||
De herfstleeuwentand is vrij dun behaard met ongespleten haren. Het vruchtpluis is bruinwit gekleurd. Deze soort groeit algemeen op matig vochtige grazige plaatsen (wegbermen, slootkanten, weilanden enzovoort). | |||
===Thrincia (Leóntodon malicatilis)=== | |||
Een tweede soort is thrincia wordt gekenmerkt door bladharen, die aan de top gespleten zijn. Thrincia komt in Zeeland vrij algemeen voor in matig droge graslanden op zandige grond. | |||
==Auteur== | |||
-A.M.M. van Haperen | |||
[[category:flora]] | [[category:flora]] | ||
Huidige versie van 24 apr 2023 om 07:00
| Leeuwentand |
|---|
Leeuwentand (Leóntodon)
Geslacht van overblijvende kruidachtige rozetplanten, behorend tot de familie der composieten. Kenmerkend zijn de gele bloeiwijzen. Gelijkt sterk op de paardenbloem, echter zonder melksap. In Zeeland komen twee soorten vrij algemeen voor.
Herfstleeuwentand (Leóntodon autumnális)
De herfstleeuwentand is vrij dun behaard met ongespleten haren. Het vruchtpluis is bruinwit gekleurd. Deze soort groeit algemeen op matig vochtige grazige plaatsen (wegbermen, slootkanten, weilanden enzovoort).
Thrincia (Leóntodon malicatilis)
Een tweede soort is thrincia wordt gekenmerkt door bladharen, die aan de top gespleten zijn. Thrincia komt in Zeeland vrij algemeen voor in matig droge graslanden op zandige grond.
Auteur
-A.M.M. van Haperen