Kruisdistel: verschil tussen versies
kGeen bewerkingssamenvatting |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
(3 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 2: | Regel 2: | ||
| above = Kruisdistel | | above = Kruisdistel | ||
}} | }} | ||
[[Bestand:Kruisdistel.jpg|thumb|right300px|Kruisdistel , foto: C. Jacobusse bron: [https://tijdschriftenbankzeeland.nl/issue/lan/2019-09-21/edition/null/page/20 ZB Tijdschriftenbank Zeeland, ''Zeeuws landschap'' 35/3 (21 september 201) 20]]] | |||
==Kruisdistel (Eryngium)== | ==Kruisdistel (Eryngium)== | ||
Plantengeslacht, behorend tot de familie der schermbloemigen, met stekelige bladeren en bloeiwijzen. Van dit geslacht komen in Nederland en in Zeeland twee soorten voor. | Plantengeslacht, behorend tot de familie der schermbloemigen, met stekelige bladeren en bloeiwijzen. Van dit geslacht komen in Nederland en in Zeeland twee soorten voor. |
Huidige versie van 23 aug 2022 om 07:16
Kruisdistel |
---|
Kruisdistel (Eryngium)
Plantengeslacht, behorend tot de familie der schermbloemigen, met stekelige bladeren en bloeiwijzen. Van dit geslacht komen in Nederland en in Zeeland twee soorten voor.
Kruisdistel (Eryngium campestre)
De kruisdistel heeft vrij smalle bladslippen en omwindselbladeren en een grijs groene kleur. Deze soort komt algemeen voor op zandige beweide dijken, vooral in de noordelijke helft van Zeeland (Schouwen, Noord-Beveland, Walcheren, Tholen, Stint-Philipsland). Op Zuid-Beveland en in Zeeuws-Vlaanderen minder algemeen.
- Dialect: Walcheren: schaepestekel.
Blauwe zeedistel (Eryngium maritimum)
De tweede soort van dit geslacht is de blauwe zeedistel De omwindselbladeren en bladslippen van deze plant zijn duidelijk breder dan van de vorige. Bovendien is de kleur meer blauwgroen. De blauwe zeedistel komt uitsluitend voor in de zeeduinen langs de Noordzee in zwak stuivende pioniersmilieu's. In de Zeeuwse duinen komt zij in dit soort milieu's regelmatig voor.
- Dialect: Walcheren: blauwe stekel, zeestekel, duunstekel, kruuswortel.
Auteur
-A.M.M. van Haperen