Rietzangers: verschil tussen versies
kGeen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
(3 tussenliggende versies door 3 gebruikers niet weergegeven) | |||
Regel 2: | Regel 2: | ||
| above = Rietzangers | | above = Rietzangers | ||
}} | }} | ||
[[Bestand:Rietzanger1.jpg|thumb|right|200px|Rietzanger. Bron: Wikimedia Commons]] | |||
== | == Rietzangers == | ||
Kleine bruine trekvogels met dunne snavels. De zang is het belangrijkste veldkenmerk voor het onderscheiden van de verschillende soorten. Het zijn nachttrekkers, die in april en mei in Nederland arriveren en van augustus tot in oktober wegtrekken | Kleine bruine trekvogels met dunne snavels. De zang is het belangrijkste veldkenmerk voor het onderscheiden van de verschillende soorten. Het zijn nachttrekkers, die in april en mei in Nederland arriveren en van augustus tot in oktober wegtrekken. | ||
== | === De sprinkhaanrietzanger (Locustélla naévia)=== | ||
De sprinkhaanrietzanger is in Zeeland een vrij zeldzame broedvogel (25-50 paar) van duinstruwelen en plaatselijk van kreekoevers met riet en struiken (Zuid-Beveland, Zeeuws-Vlaanderen). | |||
=== De snor (Locustélla luscinioídes) === | |||
De snor is in Zeeland een vrij zeldzame broedvogel (25-50 paar) van rietvelden. De meeste snorren broeden in de kreken in Zeeuws-Vlaanderen en in het Verdronken Land van Saeftinge. Op Walcheren, Noord- en Zuid-Beveland en Tholen is deze soort zeldzaam en op Schouwen-Duiveland en St.-Philipsland ontbreekt hij geheel als broedvogel. | |||
===De kleine karekiet (Acrocéphalus scirpáceus)=== | |||
De kleine karekiet is in Zeeland een zeer algemene broedvogel van alle rietgebieden, zelfs in smalle rietranden langs kleine slootjes. De bosrietzanger (A. palústris; W., Z.B.: rietmosse; W.: rietpieper; Z.Vl.: rietmus) is in Zeeland een vrij algemene broedvogel (500-1000 paar) van vochtige dichtbegroeide gebieden (vaak met riet en brandnetels). | |||
===De grote karekiet (A. arundináceus)=== | |||
De grote karekiet is in Zeeland een vrij zeldzame broedvogel (25-50 paar) van rietvelden, hoofdzakelijk in Zeeuws-Vlaanderen. | |||
===De rietzanger (A. schoenobaénus) === | |||
De rietzanger is in Zeeland algemene broedvogel (1000-2000 paar) van, meestal wat grotere, rietvelden. | |||
===De waterrietzanger (A. paludicola)=== | |||
De waterrietzanger is een zeldzame doortrekker in het najaar. De cetti's zanger (Céttia cétti) is oorspronkelijk broedvogel van het Middellandse-Zeegebied. In 1976 werd het eerste broedgeval voor Nederland vastgesteld bij Sas van Gent. In 1977 waren er in Zeeland ruim 20 territoria, vooral in Zeeuws-Vlaanderen en op Walcheren. Na de winter 1978/1979 is de cetti's zanger vrijwel uit Nederland verdwenen. | |||
=== De waaierstaart rietzanger (Cistícola júncidis)=== | |||
De waaierstaart rietzanger is evenals de cetti's zanger vanuit het Middellandse-Zeegebied doorgedrongen naar het noorden. Na de strenge winter 1978/1979 is deze soort weer vrijwel verdwenen uit Zeeland en resteerde nog slechts één territorium in het Verdronken Land van Saaftinge. | |||
== Auteur == | == Auteur == | ||
-P.L. Meininger | -P.L. Meininger | ||
[[category:vogels]] | [[category:vogels]] | ||
[[category:Fauna]] | [[category:Fauna]] |
Huidige versie van 16 okt 2024 om 07:33
Rietzangers |
---|
Rietzangers
Kleine bruine trekvogels met dunne snavels. De zang is het belangrijkste veldkenmerk voor het onderscheiden van de verschillende soorten. Het zijn nachttrekkers, die in april en mei in Nederland arriveren en van augustus tot in oktober wegtrekken.
De sprinkhaanrietzanger (Locustélla naévia)
De sprinkhaanrietzanger is in Zeeland een vrij zeldzame broedvogel (25-50 paar) van duinstruwelen en plaatselijk van kreekoevers met riet en struiken (Zuid-Beveland, Zeeuws-Vlaanderen).
De snor (Locustélla luscinioídes)
De snor is in Zeeland een vrij zeldzame broedvogel (25-50 paar) van rietvelden. De meeste snorren broeden in de kreken in Zeeuws-Vlaanderen en in het Verdronken Land van Saeftinge. Op Walcheren, Noord- en Zuid-Beveland en Tholen is deze soort zeldzaam en op Schouwen-Duiveland en St.-Philipsland ontbreekt hij geheel als broedvogel.
De kleine karekiet (Acrocéphalus scirpáceus)
De kleine karekiet is in Zeeland een zeer algemene broedvogel van alle rietgebieden, zelfs in smalle rietranden langs kleine slootjes. De bosrietzanger (A. palústris; W., Z.B.: rietmosse; W.: rietpieper; Z.Vl.: rietmus) is in Zeeland een vrij algemene broedvogel (500-1000 paar) van vochtige dichtbegroeide gebieden (vaak met riet en brandnetels).
De grote karekiet (A. arundináceus)
De grote karekiet is in Zeeland een vrij zeldzame broedvogel (25-50 paar) van rietvelden, hoofdzakelijk in Zeeuws-Vlaanderen.
De rietzanger (A. schoenobaénus)
De rietzanger is in Zeeland algemene broedvogel (1000-2000 paar) van, meestal wat grotere, rietvelden.
De waterrietzanger (A. paludicola)
De waterrietzanger is een zeldzame doortrekker in het najaar. De cetti's zanger (Céttia cétti) is oorspronkelijk broedvogel van het Middellandse-Zeegebied. In 1976 werd het eerste broedgeval voor Nederland vastgesteld bij Sas van Gent. In 1977 waren er in Zeeland ruim 20 territoria, vooral in Zeeuws-Vlaanderen en op Walcheren. Na de winter 1978/1979 is de cetti's zanger vrijwel uit Nederland verdwenen.
De waaierstaart rietzanger (Cistícola júncidis)
De waaierstaart rietzanger is evenals de cetti's zanger vanuit het Middellandse-Zeegebied doorgedrongen naar het noorden. Na de strenge winter 1978/1979 is deze soort weer vrijwel verdwenen uit Zeeland en resteerde nog slechts één territorium in het Verdronken Land van Saaftinge.
Auteur
-P.L. Meininger