Janhagel (Zeeuws-Vlaamse): verschil tussen versies

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Johan Francke (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Wim van Gorsel (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
 
(Een tussenliggende versie door een andere gebruiker niet weergegeven)
Regel 2: Regel 2:
  | above      = Zeeuws-Vlaamse Janhagel, schróatels
  | above      = Zeeuws-Vlaamse Janhagel, schróatels
}}
}}
Gebak, geheel anders dan gewone Janhagel; het lijkt meer op ontbijtkoek en wordt ook wel stroopjanhagel genoemd of schróatels.  
Gebak, geheel anders dan gewone Janhagel; het lijkt meer op ontbijtkoek en wordt ook wel stroopjanhagel genoemd of schróatels.  
Het bestaat uit: bloem, stroop, honing, anijszaad, kaneel (soms koekkruiden) en potas. Het deeg wordt in stukken gesneden van 20 bij 25 cm en op een bakplaat gebakken. Thans wordt het niet meer gemaakt.
Het bestaat uit: bloem, stroop, honing, anijszaad, kaneel (soms koekkruiden) en potas. Het deeg wordt in stukken gesneden van 20 bij 25 cm en op een bakplaat gebakken. Thans wordt het niet meer gemaakt.
Regel 24: Regel 23:
*3. Rol het deeg uit op een vel bakpapier van ongeveer 40 bij 35 cm tot een dikte van ongeveer halve cm. Om een mooie rechthoekige lap te krijgen, kun je als het deeg bijna de juiste maat heeft, de randen van het bakpapier omvouwen (soms neem je daarbij wat deeg mee) en het deeg er als het ware in rollen. Leg het deeg met het bakpapier op de bakplaat.
*3. Rol het deeg uit op een vel bakpapier van ongeveer 40 bij 35 cm tot een dikte van ongeveer halve cm. Om een mooie rechthoekige lap te krijgen, kun je als het deeg bijna de juiste maat heeft, de randen van het bakpapier omvouwen (soms neem je daarbij wat deeg mee) en het deeg er als het ware in rollen. Leg het deeg met het bakpapier op de bakplaat.
*4. Klop het ei los en bestrijk het deeg ermee. Bestrooi de lap met amandelschaafsel en daarna met greinsuiker (of kristalsuiker). Druk de strooisels lichtjes aan door er met de deegroller nog een keer overheen te gaan. Schuif de bakplaat in het midden van de oven en bak de koek in 20 minuten gaar. Haal de bakplaat meteen uit de oven en snijd de koek meteen in rechthoekige koekjes. Laat de koekjes afkoelen op de bakplaat.
*4. Klop het ei los en bestrijk het deeg ermee. Bestrooi de lap met amandelschaafsel en daarna met greinsuiker (of kristalsuiker). Druk de strooisels lichtjes aan door er met de deegroller nog een keer overheen te gaan. Schuif de bakplaat in het midden van de oven en bak de koek in 20 minuten gaar. Haal de bakplaat meteen uit de oven en snijd de koek meteen in rechthoekige koekjes. Laat de koekjes afkoelen op de bakplaat.
== AUTEUR ==
-v.d. Feen


== Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984 ==
== Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984 ==
{{GoToOriginal}}
{{GoToOriginal}}


[[category:Kunst & cultuur]]
== Auteur ==
-v.d. Feen
 
[[category:volkskunde]]
[[category:volkskunde]]

Huidige versie van 12 nov 2024 om 14:25

Zeeuws-Vlaamse Janhagel, schróatels

Gebak, geheel anders dan gewone Janhagel; het lijkt meer op ontbijtkoek en wordt ook wel stroopjanhagel genoemd of schróatels. Het bestaat uit: bloem, stroop, honing, anijszaad, kaneel (soms koekkruiden) en potas. Het deeg wordt in stukken gesneden van 20 bij 25 cm en op een bakplaat gebakken. Thans wordt het niet meer gemaakt.

Ingrediënten

  • 250 g Zeeuwse bloem
  • 125 gram lichte basterdsuiker
  • 175 gram boter
  • 1 theelepel bakpoeder
  • 1 eetlepel melk
  • 1 theelepel kaneel
  • ½ theelepel zout/potas
  • 1 ei
  • amandelschaafsel
  • greinsuiker (of kristalsuiker) of anijszaad

Bereiding

  • 1. Doe alle ingrediënten behalve het ei, amandelschaafsel en greinsuiker in een foodprocessor (gebruik het mes) en meng het geheel snel tot een kruimelig mengsel. Zonder keukenmachine kunnen de ingrediënten (behalve het ei, amandelschaafsel en greinsuiker) in een kom worden gedaan en snijd dan de margarine met twee messen in kleine stukjes. Wrijf de margarine snel met de toppen van je vingers door het bloem- en suikermengsel tot deegkruimels. Druk de kruimels tot een bol, verpak het in plastic folie en laat het een uur rusten in de koelkast.
  • 2. Verwarm de oven voor op 180 °C (boven- en onderwarmte), haal de bakplaat uit de oven en bekleed met bakpapier.
  • 3. Rol het deeg uit op een vel bakpapier van ongeveer 40 bij 35 cm tot een dikte van ongeveer halve cm. Om een mooie rechthoekige lap te krijgen, kun je als het deeg bijna de juiste maat heeft, de randen van het bakpapier omvouwen (soms neem je daarbij wat deeg mee) en het deeg er als het ware in rollen. Leg het deeg met het bakpapier op de bakplaat.
  • 4. Klop het ei los en bestrijk het deeg ermee. Bestrooi de lap met amandelschaafsel en daarna met greinsuiker (of kristalsuiker). Druk de strooisels lichtjes aan door er met de deegroller nog een keer overheen te gaan. Schuif de bakplaat in het midden van de oven en bak de koek in 20 minuten gaar. Haal de bakplaat meteen uit de oven en snijd de koek meteen in rechthoekige koekjes. Laat de koekjes afkoelen op de bakplaat.

Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984

Bekijk de originele tekst uit de Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Auteur

-v.d. Feen