Bodemkartering: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1: | Regel 1: | ||
[[Bestand:Bodemkartering1.jpg|thumb|right| | [[Bestand:Bodemkartering1.jpg|thumb|right|300px|v.l.n.r.: J. van Duyn en Ir. J.A. Trimpe Burger van de Rijksdienst voor Oudheidkundig Bodemonderzoek en Ir. C. Steur van de Stichting Bodemkartering. Bij herverkavelingswerkzaamheden langs de weg tussen Hoedekenskerke en Kwadendamme is men op overblijfselen gestoten die erop wijzen dat daar in de 2e eeuw een Romeinse nederzetting moet hebben gestaan. Foto: PZC, 24-5-1956. Bron: ZB/Beeldbank Zeeland, rec.nr. 25769 | ||
]] | ]] | ||
Huidige versie van 12 dec 2024 om 09:52
Het in kaart brengen van de in het veld waarneembare verschillen in bodemgesteldheid die tot de meer blijvende eigenschappen behoren. Behalve door middel van boringen (gewoonlijk tot een diepte van 120 cm) en profielkuilen wordt er bij de opname ook gebruik gemaakt van landschappelijke kenmerken die met verschillen in bodemgesteldheid verband houden. Dit kunnen topografische als ook verschillen zijn in begroeiing of stand van de gewassen, kleur van de grond e.d. Om de gevarieerdheid in de bodemgesteldheid op een kaart weer te geven en te begrenzen moeten vooraf de gronden worden geclassificeerd in bodemeenheden met gemeenschappelijke kenmerken. Welke eigenschappen van de bodem speciaal worden gekarteerd hangt ook af van het doel waarvoor de bodemkartering wordt uitgevoerd. Bodemkarteringen worden voor velerlei doeleinden verricht zoals ruilverkaveling, grondverbetering, planologie, stedenbouw, Deltawerken, enz.
Auteur
I. Ovaa