Adriaan van Solingen: verschil tussen versies

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
W. van Gorsel (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Wim van Gorsel (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
 
(9 tussenliggende versies door 2 gebruikers niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
{{InfoboxPersoon
{{InfoboxPersoon
| afbeelding = [[300px]]
| afbeelding = [[Bestand:Van Solingen.jpg|300px]]
| naam = Adriaan van Solingen
| naam = Adriaan van Solingen
| onderschrift = tekst
| onderschrift = Adriaan van Solingen. Lithografie door A. Lemonnier, 1827. Bron: Wikimedia Commons
| geboortedatum = 7 oktober 1758
| geboortedatum = [[7 oktober]] [[1758]]
| geboorteplaats = Middelburg  
| geboorteplaats = Middelburg  
| overlijdensdatum = 5 juni 1830
| overlijdensdatum = [[5 juni]] [[1830]]
| overlijdensplaats = Doornik (B.)  
| overlijdensplaats = Doornik (B.)  
| beroep = Medicus
| beroep = Medicus
| VIAF = [http://viaf.org/viaf/ Adriaan van Solingen]
| VIAF = [http://viaf.org/viaf/18000581 Adriaan van Solingen]
}}
}}
==Biografie==
Medicus. Zoon van een gegoede doopsgezinde chirurgijn. Reeds als student te Utrecht gaf hij een vertaling uit van het werk over fysiologie van de beroemde hoogleraar F.B. Albinus. Hij promoveerde in de chirurgie op de 14<sup>de</sup> juni 1780 op 'Dissertatio medico-chirurgica, De stupenda imprimis cranii carie per naturam et artem feliciter curata' (een studie over een schedeltrauma, genezen door een goede behandeling) op 9 april 1782 promoveerde hij tot doctor in de medicijnen op de dissertatie 'Obstetrie° Anatomica: De vita foetus propria' (een studie over het eigen leven van de foetus). Na een studiereis naar Parijs promoveerde hij tot doctor in de filosofie op 'Quae ignem aereum caloris naturalis. sanguiris rehedinis et Vitae animaliscausam determinantem ponunt'(een fysiologische verhandeling).


(Middelburg 7 oktober 1758 - Doornik 5 juni 1830). Medicus. Zoon van een gegoede doopsgezinde chirurgijn. Reeds als student te Utrecht gaf hij een vertaling uit van het werk over fysiologie van de beroemde hoogleraar F.B. Albinus. Hij promoveerde in de chirurgie op de 14<sup>de</sup> juni 1780 op 'Dissertatio medico-chirurgica, De stupenda imprimis cranii carie per naturam et artem feliciter curata' (een studie over een schedeltrauma, genezen door een goede behandeling) op 9 april 1782 promoveerde hij tot doctor in de medicijnen op de dissertatie 'Obstetrie° Anatomica: De vita foetus propria' (een studie over het eigen leven van de foetus). Na een studiereis naar Parijs promoveerde hij tot doctor in de filosofie op 'Quae ignem aereum caloris naturalis. sanguiris rehedinis et Vitae animaliscausam determinantem ponuntI(een fysiologische verhandeling). In 1784 vestigde de geleerde zich te Middelburg. Hij werd er bovendien doctor van de Nederduitse diaconie, van de stad. lector der 'beoefende verloskunde. doctor van het Simpelhuis, examinator bij de West-Indische Compagnie en tenslotte werd hem in 1800 het hoogleraarschap in de verloskunde aangeboden aan de Illustere School. In 1804 nam hij het voorzitterschap aan van de Commissie van Geneeskundig onderzoek en toevoorzicht over het departement Zeeland. Na 1807 vestigde hij zich in Oostburg, later in Aardenhurg. Van 1820 - 1823 was hij buitengewoon hoogleraar in de verloskunde, van 1823-1829 hoogleraar in de geneeskunde aan de universiteit te Leuven. Zijn grootste verdienste is het wekken van belangstelling voor het mechanisme van de haring en de inrichting van een modelkraamzaal voor het verloskundig onderwijs te Leuven. Hij was lid van verscheidene medische genootschappen in Nederland en België. Zijn voornaamste werken staan vermeld in de bibliografie.
In 1784 vestigde de geleerde zich te Middelburg. Hij werd er bovendien doctor van de Nederduitse diaconie, van de stad. lector der 'beoefende verloskunde. doctor van het Simpelhuis, examinator bij de West-Indische Compagnie en tenslotte werd hem in 1800 het hoogleraarschap in de verloskunde aangeboden aan de Illustere School. In 1804 nam hij het voorzitterschap aan van de Commissie van Geneeskundig onderzoek en toevoorzicht over het departement Zeeland. Na 1807 vestigde hij zich in Oostburg, later in Aardenhurg. Van 1820 - 1823 was hij buitengewoon hoogleraar in de verloskunde, van 1823-1829 hoogleraar in de geneeskunde aan de universiteit te Leuven. Zijn grootste verdienste is het wekken van belangstelling voor het mechanisme van de haring en de inrichting van een modelkraamzaal voor het verloskundig onderwijs te Leuven. Hij was lid van verscheidene medische genootschappen in Nederland en België. Zijn voornaamste werken staan vermeld in de bibliografie.


==Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984==
==Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984==
Regel 20: Regel 22:


==Literatuur==
==Literatuur==
*Fokker en De Man, Zeeuwsche medici, 146 e.v.  
*[http://zoeken.zeeuwsebibliotheek.nl/?itemid=|universal/sru|http://data.bibliotheek.nl/ggc/ppn/820019747 Fokker en De Man, ''Zeeuwsche medici'', 146 e.v. (Middelburg, 1901)]
*A. J. van Reewijk, Vroedkunde.
*A. J. van Reewijk, Vroedkunde.


[[category:persoon]]
[[category:persoon]]
[[category:Zeeuwen]]
[[category:Wetenschap]]
{{DEFAULTSORT:Solingen, Adriaan Van}}
{{DEFAULTSORT:Solingen, Adriaan Van}}

Huidige versie van 21 apr 2021 om 07:31

Adriaan van Solingen

Adriaan van Solingen. Lithografie door A. Lemonnier, 1827. Bron: Wikimedia Commons
Geboren 7 oktober 1758 Middelburg
Overleden 5 juni 1830 Doornik (B.)
Beroep Medicus
VIAF Adriaan van Solingen

Biografie

Medicus. Zoon van een gegoede doopsgezinde chirurgijn. Reeds als student te Utrecht gaf hij een vertaling uit van het werk over fysiologie van de beroemde hoogleraar F.B. Albinus. Hij promoveerde in de chirurgie op de 14de juni 1780 op 'Dissertatio medico-chirurgica, De stupenda imprimis cranii carie per naturam et artem feliciter curata' (een studie over een schedeltrauma, genezen door een goede behandeling) op 9 april 1782 promoveerde hij tot doctor in de medicijnen op de dissertatie 'Obstetrie° Anatomica: De vita foetus propria' (een studie over het eigen leven van de foetus). Na een studiereis naar Parijs promoveerde hij tot doctor in de filosofie op 'Quae ignem aereum caloris naturalis. sanguiris rehedinis et Vitae animaliscausam determinantem ponunt'(een fysiologische verhandeling).

In 1784 vestigde de geleerde zich te Middelburg. Hij werd er bovendien doctor van de Nederduitse diaconie, van de stad. lector der 'beoefende verloskunde. doctor van het Simpelhuis, examinator bij de West-Indische Compagnie en tenslotte werd hem in 1800 het hoogleraarschap in de verloskunde aangeboden aan de Illustere School. In 1804 nam hij het voorzitterschap aan van de Commissie van Geneeskundig onderzoek en toevoorzicht over het departement Zeeland. Na 1807 vestigde hij zich in Oostburg, later in Aardenhurg. Van 1820 - 1823 was hij buitengewoon hoogleraar in de verloskunde, van 1823-1829 hoogleraar in de geneeskunde aan de universiteit te Leuven. Zijn grootste verdienste is het wekken van belangstelling voor het mechanisme van de haring en de inrichting van een modelkraamzaal voor het verloskundig onderwijs te Leuven. Hij was lid van verscheidene medische genootschappen in Nederland en België. Zijn voornaamste werken staan vermeld in de bibliografie.

Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984

Bekijk de originele tekst uit de Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Auteur

A.M. Lauret

Literatuur