Willem Minderhout: verschil tussen versies

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Marja (overleg | bijdragen)
k Marja heeft pagina Minderhout, Willem hernoemd naar Willem Minderhout: hernoemd
Wim van Gorsel (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
 
(7 tussenliggende versies door een andere gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
{{Infobox
{{Infobox
  | above      = Minderhout, Willem
  | above      = Minderhout, Willem
(Grijpskerke 1801 - ? [VS, na 1854])
Molenmaker, metselaar en fietsenmaker.
}}
}}


'''('''<nowiki>Grijpskerke 1801 - ? [VS, na 1854])</nowiki>
== Molenmaker, metselaar en uitvinder ==
 
Willem Minderhout werd rond 1801 geboren te Grijpskerke als zoon van winkelier Johannes Minderhout en Marie van der Maas. Hij trouwde in 1828 te Middelburg met Johanna Maria Claassen(s). Minderhout was molenmaker en soms tijdelijk metselaar en speelde een bescheiden rol in de ontwikkeling van de fiets op vier wielen. In oktober 1851 woonde hij aan de Noordweg te Middelburg, nam proeven met zijn ‘''aëllopodische wagen’ en werd daarbij ‘met welgevallen door onderscheidene personen gezien''’. De vierwielige wagen was gebaseerd op een driewielige variant, een uitvinding van ene Revis uit Cambridge, zo’n twaalf jaren tevoren. Hij werd ‘''in beweging gebracht door beurtelings de treden neder te trappen. Elke trede is door eene kruk aan de as der groote raderen bevestigd, die door het beurtelings nedertrappen eene rondgaande beweging verkrijgen.''’
Molenmaker, metselaar en fietsenmaker.
 
Willem Minderhout werd ca. 1801 geboren te Grijpskerke als zoon van winkelier Johannes Minderhout en Marie van der Maas. Hij trouwde in 1828 te Middelburg met Johanna Maria Claassen(s). Minderhout was molenmaker en soms tijdelijk metselaar en speelde een bescheiden rol in de ontwikkeling van de fiets op drie wielen. In oktober 1851 woonde hij aan de Noordweg te Middelburg, nam proeven met zijn ‘''aëllopodische wagen’ en werd daarbij ‘met welgevallen door onderscheidene personen gezien''’. De variant was een uitvinding van ene Revis uit Cambridge, zo’n twaalf jaren tevoren, en ‘''wordt in beweging gebracht door beurtelings de treden neder te trappen. Elke trede is door eene kruk aan de as der groote raderen bevestigd, die door het beurtelings nedertrappen eene rondgaande beweging verkrijgen.''’
 
De ‘aëllopodische drie-wiels-wagen’ haalde op een effen weg meer dan zestien kilometer per uur en liet zich ‘''zeer gemakkelijk wenden, zoodat de rijder vlug kan uithalen en keeren, en een geoefend stuurman met eenen straal van weinige voeten rond eenen boom en met gelijke snelheid achter- en vooruit rijden kan. Zoodanige wagen kost slechts f 50 à f 60,-''’ De wagentjes ‘''kunnen ingerigt worden, om zoowel met de handen als door de voeten in beweging te worden gebragt''.’ De ''Goessche Courant'' meende dat ze voor mensen die veel moesten lopen, zoals boden, erg gemakkelijk zouden zijn en ook voor mensen die gezonde lichaamsbeweging nastreefden.
 
De naam die Minderhout deze driewielers gaf, was ontleend aan het Grieks ‘aëllo’ dat staat voor de godin van de wervelwind en ‘podisch’ verwees naar de voeten die ze in beweging brachten. Hoe zijn ‘wagentjes’ in de geschiedenis van de fiets passen, is niet volledig duidelijk. Een fiets met twee pedalen werd pas begin jaren 1860 ontwikkeld en driewielers die alleen met de voeten over de grond werden voortbewogen waren er in Engeland al in 1818. Een driewieler met kettingaandrijving werd daar pas in 1876 gemaakt. De door de ''Goessche Courant'' genoemde Revis is nergens terug te vinden.


Willem Minderhout deed hetzelfde als veel andere vakbekwame Europeanen in zijn tijd (zoals Pierre Lallement uit Frankrijk die de fiets verder verbeterde): hij emigreerde in 1854 met vrouw en kinderen naar de Verenigde Staten.  
== Aëllopodische vierwieler ==
[[Bestand:minderhout.jpg|right|thumb|300px|Foto van een van de eerste rijwielen die in Zeeland bekend zijn. De driewieler is inmiddels omgevormd tot tweewieler: Abraham Luteijn (2 apr.1853, Groede - 10 jan.1912, Nieuwvliet), de eerste wielrijder in Zeeuws-Vlaanderen; fiets is een typische "Michaux, Michaudine, of Vélocipède", rond 1862 ontwikkeld door Pierre Michaux en zijn zoon Ernest(Parijs) (142 stuks in 1862).58680]]De ‘aëllopodische vier-wiels-wagen’ haalde op een effen weg meer dan zestien kilometer per uur en liet zich ‘''zeer gemakkelijk wenden, zoodat de rijder vlug kan uithalen en keeren, en een geoefend stuurman met eenen straal van weinige voeten rond eenen boom en met gelijke snelheid achter- en vooruit rijden kan. Zoodanige wagen kost slechts f 50 à f 60,-''’ De wagentjes ‘''kunnen ingerigt worden, om zoowel met de handen als door de voeten in beweging te worden gebragt''.’ De ''Goessche Courant'' meende dat ze voor mensen die veel moesten lopen, zoals boden, erg gemakkelijk zouden zijn en ook voor mensen die gezonde lichaamsbeweging nastreefden.


De naam die Minderhout deze drie- en vierwielers gaf, was ontleend aan het Grieks ‘aëllo’ dat staat voor de godin van de wervelwind en ‘podisch’ verwees naar de voeten die ze in beweging brachten. Hoe zijn ‘wagentjes’ in de geschiedenis van de fiets passen, is niet volledig duidelijk. Een fiets met twee pedalen werd pas begin jaren 1860 ontwikkeld en driewielers die alleen met de voeten over de grond werden voortbewogen waren er in Engeland al in 1818. Een driewieler met kettingaandrijving werd daar pas in 1876 gemaakt. De door de ''Goessche Courant'' genoemde Revis is nergens terug te vinden.


AUTEUR
Willem Minderhout deed hetzelfde als veel andere vakbekwame Europeanen in zijn tijd (zoals Pierre Lallement uit Frankrijk die de fiets verder verbeterde): hij emigreerde in 1854 met vrouw en kinderen naar de Verenigde Staten.


== Auteur ==
Jan Zwemer, 2012.
Jan Zwemer, 2012.


== Bronnen ==
[http://www.krantenbankzeeland.nl Goessche Courant, 27 oktober 1851, pag. 1.]


BRONNEN:
[[category:Zeeuwen]]
 
???
 
 
 
 
 
[[category:persoon]]
[[category:persoon]]
{{DEFAULTSORT:Minderhout, Willem}}

Huidige versie van 9 aug 2019 om 08:09

Minderhout, Willem

(Grijpskerke 1801 - ? [VS, na 1854])

Molenmaker, metselaar en fietsenmaker.

Molenmaker, metselaar en uitvinder

Willem Minderhout werd rond 1801 geboren te Grijpskerke als zoon van winkelier Johannes Minderhout en Marie van der Maas. Hij trouwde in 1828 te Middelburg met Johanna Maria Claassen(s). Minderhout was molenmaker en soms tijdelijk metselaar en speelde een bescheiden rol in de ontwikkeling van de fiets op vier wielen. In oktober 1851 woonde hij aan de Noordweg te Middelburg, nam proeven met zijn ‘aëllopodische wagen’ en werd daarbij ‘met welgevallen door onderscheidene personen gezien’. De vierwielige wagen was gebaseerd op een driewielige variant, een uitvinding van ene Revis uit Cambridge, zo’n twaalf jaren tevoren. Hij werd ‘in beweging gebracht door beurtelings de treden neder te trappen. Elke trede is door eene kruk aan de as der groote raderen bevestigd, die door het beurtelings nedertrappen eene rondgaande beweging verkrijgen.

Aëllopodische vierwieler

Foto van een van de eerste rijwielen die in Zeeland bekend zijn. De driewieler is inmiddels omgevormd tot tweewieler: Abraham Luteijn (2 apr.1853, Groede - 10 jan.1912, Nieuwvliet), de eerste wielrijder in Zeeuws-Vlaanderen; fiets is een typische "Michaux, Michaudine, of Vélocipède", rond 1862 ontwikkeld door Pierre Michaux en zijn zoon Ernest(Parijs) (142 stuks in 1862).58680

De ‘aëllopodische vier-wiels-wagen’ haalde op een effen weg meer dan zestien kilometer per uur en liet zich ‘zeer gemakkelijk wenden, zoodat de rijder vlug kan uithalen en keeren, en een geoefend stuurman met eenen straal van weinige voeten rond eenen boom en met gelijke snelheid achter- en vooruit rijden kan. Zoodanige wagen kost slechts f 50 à f 60,-’ De wagentjes ‘kunnen ingerigt worden, om zoowel met de handen als door de voeten in beweging te worden gebragt.’ De Goessche Courant meende dat ze voor mensen die veel moesten lopen, zoals boden, erg gemakkelijk zouden zijn en ook voor mensen die gezonde lichaamsbeweging nastreefden.

De naam die Minderhout deze drie- en vierwielers gaf, was ontleend aan het Grieks ‘aëllo’ dat staat voor de godin van de wervelwind en ‘podisch’ verwees naar de voeten die ze in beweging brachten. Hoe zijn ‘wagentjes’ in de geschiedenis van de fiets passen, is niet volledig duidelijk. Een fiets met twee pedalen werd pas begin jaren 1860 ontwikkeld en driewielers die alleen met de voeten over de grond werden voortbewogen waren er in Engeland al in 1818. Een driewieler met kettingaandrijving werd daar pas in 1876 gemaakt. De door de Goessche Courant genoemde Revis is nergens terug te vinden.

Willem Minderhout deed hetzelfde als veel andere vakbekwame Europeanen in zijn tijd (zoals Pierre Lallement uit Frankrijk die de fiets verder verbeterde): hij emigreerde in 1854 met vrouw en kinderen naar de Verenigde Staten.

Auteur

Jan Zwemer, 2012.

Bronnen

Goessche Courant, 27 oktober 1851, pag. 1.