Willem Carel de Leeuw

Uit Wiki ZB
Versie door Maintenance script (overleg) op 20 mrt 2014 om 15:58 (Importing text file)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Ga naar: navigatie, zoeken
Leeuw, Willem Carel De

Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984


(Wemeldinge 27 april 1881 - Leiden 3 sept. 1964). Chemicus; florist. Na zijn eindexamen in 1897 aan de HBS in Goes, voltooide hij zijn vooropleiding door scholing in de klassieke talen in Breda (1897-1899). Begon vervolgens een chemiestudie in Leiden, welke hij met een promotie in 1911 bekroonde. Hij vertrok spoedig hierna, in dienst van Shell, naar Hamburg en was voor dit bedrijf afwisselend in binnen- en buitenland werkzaam. Reeds in zijn middelbare schooltijd had De Leeuw belangstelling voor de floristiek en onderhield over zijn vondsten contact met dr. J.C. Goethart. Deze was samen met Jongmans de initiatiefnemer van een floristische inventarisatie van Nederland, als voorloper van resp. de IVON-kartering Sloff, J.G.) en de kartering van het Rijksherbarium te Leiden. Tijdens zijn loopbaan bij het bedrijfsleven verloor De Leeuw de botanie uit het oog, maar na terugkeer uit het buitenland (in 1925) kreeg hij opnieuw belangstelling voor de plantkunde. Zo was hij o.m. (mede)oprichter van het Instituut voor Vegetatie-onderzoek in Nederland (IVON), de Zuiderzeecommissie van de Ned. Botanische Vereniging en het Biologisch Station in Montpellier (1930), waar J. Braun Blanquet lange tijd de leiding had. Ook organiseerde De Leeuw het Internationaal Botanisch Congres (Amsterdam, 1936) en na W.O. II de heroprichting van de Association Internationale de Phytosociologie. Bovendien was hij betrokken bij de activiteiten van een aantal nat uurbeschermingsorganisaties, zoals 'Natuurmonumenten', Contact-Commissie voor Natuur- en Landschapsbescherming en Stichting voor Wetenschappelijk Duinonderzoek. Door zijn eigenzinnige karakter botste zijn mening vaak met die van andere floristen en raakte hij in de 30-er jaren in een scherpe discussie gewikkeld met J.W. van Dieren, over vegetatiekundige inzichten. Hij publiceerde theoretische beschouwingen over de successie, over de flora van het Zuiderzeegebied en werkte mee aan deel V van de Prodomus der plantengemeenschappen.

Publicaties: zie bibliografie.


AUTEUR

F. van Noordwijk, gecontroleerd door de redactie, 2012.