Johannes Koenraad van der Veer: verschil tussen versies

Uit Wiki ZB
Ga naar: navigatie, zoeken
(Biografie)
Regel 11: Regel 11:
 
}}
 
}}
 
==Biografie==
 
==Biografie==
Socialistisch agitator. Zoon van een kleine reparateur van gouden zilverwerk, klokken, horloges e.d.: het gezin leefde op de rand van de armoede. Johan bezocht tot zijn 11de jaar de lagere school, werd vervolgens loopjongen en later letterzetter. Als 15-jarige jongen kreeg hij het blad van Domela Nieuwenhuis. 'Recht voor Allen', in handen, wat van beslissende invloed werd op zijn politieke vorming. Tijdens zijn militaire diensttijd raakte hij herhaaldelijk met de krijgstucht in conflict. In 1891 en 1892 werkte hij als propagandist in Maastricht en Gent. Kort nadat de Belgische regering hem over de grens had gezet stelde de Sociaal Democratische Bond hem tot propagandist in Middelburg aan. Om in zijn onderhoud te voorzien opende hij in zijn huis (Herenstraat H 151) een (socialistische) boekwinkel annex sigarenzaak. Daar verscheen op 8 april 1893 het eerste nummer van 'De Toekomst', socialistisch weekblad voor Zeeland en westelijk Brabant, waarvan hij redacteur-uitgever was. Hij sprak in allerlei plaatsen in Zeeland en maakte op grote schaal propaganda voor het socialisme. Van der Veer was een zeer agressief man zowel in zijn spreken als in zijn schrijven. Al in het 3e nummer van 'De Toekomst' schreef hij een scherp artikel tegen de algemeen geachte aristocraat graat W.A. van Lijnden, die hij beschuldigde van heling. In 1894 werd hij voor dit feit tot 6 maanden gevangenisstraf veroordeeld, ook nadat Troelstra hem in hoger beroep had verdedigd. Voor een andere beledigingszaak werd hij tot 14 dagen gevangenisstraf veroordeeld. Waar hij optrad trok hij volle zalen: Hij had een krachtig stemgeluid, sprak niet een voor een Nederlands spreker ongewone gloed en was in het debat slagvaardig. 'De Toekomst' werd onmiddellijk de schrik der burgerij, wat de verkoop van het blad, dat zich al spoedig uitsluitend tot Zeeland bepaalde, ten goede kwam. Toen hij zijn straffen had uitgezeten bleek hij een aanhanger te zijn geworden van de weerloosheidsideeën van Tolstoj, die omstreeks deze zelfde tijd vooral onder een aantal jonge Friese vrijzinnige predikanten ingang begonnen te krijgen. Dit bracht hem ertoe in 1896 op principiële gronden schuttersdiensten te weigeren. In een brief aan de commandant der dienstdoende schutterij in Middelburg. Herman Snijders, gaf hij van dit besluit kennis. Deze dienstweigering schijnt niet tot een gerechtelijke vervolging te hebben geleid. Niettemin verwerkte deze spectaculaire daad van de eerste daadwerkelijke Tolstoj aan in Nederland nogal wat opzien. Ze kwam zelfs Tolstoj ter ore, die hem een brief schreef die in vertaling in druk verscheen onder de titel Het einde is nabij! (Middelburgsche schuttersquaestie, Delft, 1897). Daarin vindt men ook de brief aan Herman Snijders. Van der Veer verhuisde kort na zijn gerucht makende daad naar Haarlem en vertrok in 1898 voorgoed naar Engeland, waar hij contact zocht met verbannen Russische en Engelse Tolstojanen. Enkele jaren later brak hij volkomen zowel met zijn anarchistische als zijn Tolstojaanse denkbeelden en sloot zich aan bij de sociaal-democratie. In 1916 werd hij Engels staatsburger. Al in 1903 was hij Engels correspondent van 'De Telegraaf’ geworden. In de verkiezingsstrijd van 1918 trad hij op als propagandist voor de radicaal liberale Lloyd George. In de Engelse politiek heeft hij echter geen rol gespeeld.
+
Socialistisch agitator. Zoon van een kleine reparateur van gouden zilverwerk, klokken, horloges e.d.: het gezin leefde op de rand van de armoede. Johan bezocht tot zijn 11de jaar de lagere school, werd vervolgens loopjongen en later letterzetter. Als 15-jarige jongen kreeg hij het blad van Domela Nieuwenhuis. 'Recht voor Allen', in handen, wat van beslissende invloed werd op zijn politieke vorming. Tijdens zijn militaire diensttijd raakte hij herhaaldelijk met de krijgstucht in conflict. In 1891 en 1892 werkte hij als propagandist in Maastricht en Gent. Kort nadat de Belgische regering hem over de grens had gezet stelde de Sociaal Democratische Bond hem tot propagandist in Middelburg aan. Om in zijn onderhoud te voorzien opende hij in zijn huis (Herenstraat H 151) een (socialistische) boekwinkel annex sigarenzaak. Daar verscheen op 8 april 1893 het eerste nummer van 'De Toekomst', socialistisch weekblad voor Zeeland en westelijk Brabant, waarvan hij redacteur-uitgever was. Hij sprak in allerlei plaatsen in Zeeland en maakte op grote schaal propaganda voor het socialisme.
 +
 
 +
Van der Veer was een zeer agressief man zowel in zijn spreken als in zijn schrijven. Al in het 3e nummer van 'De Toekomst' schreef hij een scherp artikel tegen de algemeen geachte aristocraat graat W.A. van Lijnden, die hij beschuldigde van heling. In 1894 werd hij voor dit feit tot 6 maanden gevangenisstraf veroordeeld, ook nadat Troelstra hem in hoger beroep had verdedigd. Voor een andere beledigingszaak werd hij tot 14 dagen gevangenisstraf veroordeeld. Waar hij optrad trok hij volle zalen: Hij had een krachtig stemgeluid, sprak niet een voor een Nederlands spreker ongewone gloed en was in het debat slagvaardig. 'De Toekomst' werd onmiddellijk de schrik der burgerij, wat de verkoop van het blad, dat zich al spoedig uitsluitend tot Zeeland bepaalde, ten goede kwam. Toen hij zijn straffen had uitgezeten bleek hij een aanhanger te zijn geworden van de weerloosheidsideeën van Tolstoj, die omstreeks deze zelfde tijd vooral onder een aantal jonge Friese vrijzinnige predikanten ingang begonnen te krijgen. Dit bracht hem ertoe in 1896 op principiële gronden schuttersdiensten te weigeren.  
 +
 
 +
In een brief aan de commandant der dienstdoende schutterij in Middelburg. Herman Snijders, gaf hij van dit besluit kennis. Deze dienstweigering schijnt niet tot een gerechtelijke vervolging te hebben geleid. Niettemin verwerkte deze spectaculaire daad van de eerste daadwerkelijke Tolstoj aan in Nederland nogal wat opzien. Ze kwam zelfs Tolstoj ter ore, die hem een brief schreef die in vertaling in druk verscheen onder de titel Het einde is nabij! (Middelburgsche schuttersquaestie, Delft, 1897). Daarin vindt men ook de brief aan Herman Snijders. Van der Veer verhuisde kort na zijn gerucht makende daad naar Haarlem en vertrok in 1898 voorgoed naar Engeland, waar hij contact zocht met verbannen Russische en Engelse Tolstojanen. Enkele jaren later brak hij volkomen zowel met zijn anarchistische als zijn Tolstojaanse denkbeelden en sloot zich aan bij de sociaal-democratie. In 1916 werd hij Engels staatsburger. Al in 1903 was hij Engels correspondent van 'De Telegraaf’ geworden. In de verkiezingsstrijd van 1918 trad hij op als propagandist voor de radicaal liberale Lloyd George. In de Engelse politiek heeft hij echter geen rol gespeeld.
  
 
==Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984==
 
==Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984==

Versie van 5 mei 2020 om 08:27

Johannes Koenraad van der Veer
300px
tekst
Geboren 5 februari 1867 Bijlaard (Fr.)
Overleden 30 augustus 1928 Londen
Beroep Socialistisch uitgever
VIAF Koenraad van der Veer

Biografie

Socialistisch agitator. Zoon van een kleine reparateur van gouden zilverwerk, klokken, horloges e.d.: het gezin leefde op de rand van de armoede. Johan bezocht tot zijn 11de jaar de lagere school, werd vervolgens loopjongen en later letterzetter. Als 15-jarige jongen kreeg hij het blad van Domela Nieuwenhuis. 'Recht voor Allen', in handen, wat van beslissende invloed werd op zijn politieke vorming. Tijdens zijn militaire diensttijd raakte hij herhaaldelijk met de krijgstucht in conflict. In 1891 en 1892 werkte hij als propagandist in Maastricht en Gent. Kort nadat de Belgische regering hem over de grens had gezet stelde de Sociaal Democratische Bond hem tot propagandist in Middelburg aan. Om in zijn onderhoud te voorzien opende hij in zijn huis (Herenstraat H 151) een (socialistische) boekwinkel annex sigarenzaak. Daar verscheen op 8 april 1893 het eerste nummer van 'De Toekomst', socialistisch weekblad voor Zeeland en westelijk Brabant, waarvan hij redacteur-uitgever was. Hij sprak in allerlei plaatsen in Zeeland en maakte op grote schaal propaganda voor het socialisme.

Van der Veer was een zeer agressief man zowel in zijn spreken als in zijn schrijven. Al in het 3e nummer van 'De Toekomst' schreef hij een scherp artikel tegen de algemeen geachte aristocraat graat W.A. van Lijnden, die hij beschuldigde van heling. In 1894 werd hij voor dit feit tot 6 maanden gevangenisstraf veroordeeld, ook nadat Troelstra hem in hoger beroep had verdedigd. Voor een andere beledigingszaak werd hij tot 14 dagen gevangenisstraf veroordeeld. Waar hij optrad trok hij volle zalen: Hij had een krachtig stemgeluid, sprak niet een voor een Nederlands spreker ongewone gloed en was in het debat slagvaardig. 'De Toekomst' werd onmiddellijk de schrik der burgerij, wat de verkoop van het blad, dat zich al spoedig uitsluitend tot Zeeland bepaalde, ten goede kwam. Toen hij zijn straffen had uitgezeten bleek hij een aanhanger te zijn geworden van de weerloosheidsideeën van Tolstoj, die omstreeks deze zelfde tijd vooral onder een aantal jonge Friese vrijzinnige predikanten ingang begonnen te krijgen. Dit bracht hem ertoe in 1896 op principiële gronden schuttersdiensten te weigeren.

In een brief aan de commandant der dienstdoende schutterij in Middelburg. Herman Snijders, gaf hij van dit besluit kennis. Deze dienstweigering schijnt niet tot een gerechtelijke vervolging te hebben geleid. Niettemin verwerkte deze spectaculaire daad van de eerste daadwerkelijke Tolstoj aan in Nederland nogal wat opzien. Ze kwam zelfs Tolstoj ter ore, die hem een brief schreef die in vertaling in druk verscheen onder de titel Het einde is nabij! (Middelburgsche schuttersquaestie, Delft, 1897). Daarin vindt men ook de brief aan Herman Snijders. Van der Veer verhuisde kort na zijn gerucht makende daad naar Haarlem en vertrok in 1898 voorgoed naar Engeland, waar hij contact zocht met verbannen Russische en Engelse Tolstojanen. Enkele jaren later brak hij volkomen zowel met zijn anarchistische als zijn Tolstojaanse denkbeelden en sloot zich aan bij de sociaal-democratie. In 1916 werd hij Engels staatsburger. Al in 1903 was hij Engels correspondent van 'De Telegraaf’ geworden. In de verkiezingsstrijd van 1918 trad hij op als propagandist voor de radicaal liberale Lloyd George. In de Engelse politiek heeft hij echter geen rol gespeeld.

Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984

Bekijk de originele tekst uit de Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Auteur

P.J. Meertens

Literatuur

  • Jans, Tolstoj, 77-78, 83-85, 90-91, 101, 160.
  • Mededelingenblad van de Sociaal historische studiekring 1958. nr. 14, 3-8 (met literatuuropgave).
  • Who was who? 1916-1928. London, 1929, 1066.