Helma Wolf-Catz

Wolf-catz, Helma

Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984

(Nieuw- en St.-Joosland 31 mei 1900-Naarden 22 jan. 1979). Letterkundige. Dochter van de gemeente arts. Trouwde in 1926 met mr. J. Wolf (1943 omgekomen). Zij schreef o.a. de romans Wouter (1932); Marjan (1934); Het gezin (1935); Opkomst (1937); Een nacht (1938); De dreiging (1946); De droomgestalte (1954); De vreemde drift (1959); Diepzee (1960); Onderstroom (1960); Rozerood (1965); Van wit en van zwart (1967); de dichtbundels Windvlagen (1939) en Aan de rand... (1944; clandestien); de kinderboeken De Reis van Piet en Netty(1948; over een vacantie in Zeeuws-Vlaanderen) en Tim de merel (1966; zwerftochten van een vogel, o.a. door Zeeland). In De Dreiging zijn herinneringen aan haar jeugdjaren verwerkt. Van 1972 tm. 1975 artikelen in het Zeeuws tijdschrift. Zeeuwse herinneringen (1975); Kleine geschiedenissen van grote kastelen (1976); Het doktershuis aan de Torenlaan (1981).