Cornelis Dingeman Binkhorst

Uit Wiki ZB
Ga naar: navigatie, zoeken
Cornelis Dingeman Binkhorst
Binkhorst.JPG
Binkorst als oogarts in het zieknhuis van Sluiskil, bron: Krantenbank Zeeland, PZC 8 juni 1982 (Krullenbak pag. 2)
Geboren 22 november 1912 Rotterdam
Overleden ? 1995 ?
Beroep geneesheer
VIAF [1]

Levensloop

Cornelis Dingeman Binkhorst doorliep het Erasmiaans Gymnasium in Rotterdam, studeerde vervolgens medicijnen in Leiden en specialiseerde zich daar in de oogheelkunde onder leiding van prof.dr. J. van der Hoeve. Tijdens zijn opleiding, die onderbroken werd door de mobilisatie, bestudeerde Binkhorst in het bijzonder de vertroebeling van de ooglens, de cataract. In 1943 vestigde hij zich te Terneuzen.

Prestaties

Toevallig vond Binkhorst in Zeeuws-Vlaanderen het onderwerp waarop hij in 1948 bij Van der Hoeve promoveerde: toxoplasmose. Deze ziekte die onder meer oogaandoeningen kan veroorzaken was voor de Tweede Wereldoorlog in Nederland nauwelijks geconstateerd. In 1943 waren in Amerika de eerste publicaties hierover verschenen. Tengevolge van besmetting, waarschijnlijk door bloedzuigende insecten, wordt deze ziekte via knaagdieren, honden en katten, op de mens overgebracht. Binkhorst trof een Zeeuws-Vlaamse patiënt met deze ziekte; hij spoorde analoge gevallen op en hield een voordracht hierover op een congres van kinderartsen in Zürich. In Zeeuws-Vlaanderen trof hij niet alleen een relatief groot aantal blinden aan ten gevolge van cataract (een aandoening die tegenwoordig alleen in onontwikkelde gebieden tot gezichtsverlies leidt), maar ook een hoog percentage blinden ten gevolge van glaucoom (een verhoogde oogdruk, die de oogzenuw ruïneert). Na de bevrijding verhuisde Binkhorst naar het St.-Elisabeth ziekenhuis te Sluiskil. In die tijd las hij over de Londense specialist H. Ridley, die bij afakie (het wegnemen van de ooglens) een kunstlens implanteerde. Binkhorst vertrok naar Londen, keek toe hoe Ridley opereerde, studeerde op de materie verder en implanteerde vervolgens bij 15 patiënten in Zeeuws-Vlaanderen een Ridleylens. Binkhorst besloot in 1957, toen nauwelijks nog in kunstlenzen werd geloofd, met een eigen fixatie-methode en een zelf ontworpen lens te beginnen. Aanvankelijk kreeg hij nauwelijks erkenning, tegenwoordig is de kritiek beperkt tot de vrees, dat minder goede chirurgen dit moeilijke karwei zullen ondernemen met mogelijk funeste gevolgen. De vinding van Binkhorst heet 'iris-clip', omdat de kunstlens met een niet-klemmende `paperclip' aan het regenboogvlies (iris) wordt vastgemaakt. Inmiddels heeft Binkhorst school gemaakt: de Vlissingse oogarts Nordlohne is in 1975 te Leiden op de 'Binkhorstlens' gepromoveerd. Binkhorst is erelid van de in 1974 opgerichte Amerikaanse Implant Society die 1500 leden telt. Ieder jaar nodigt het bestuur iemand uit om de zogeheten `Binkhorst-lecture' te houden. Zelf opende hij de rij van inleiders. In de loop van de jaren zijn de lenzen die Binkhorst gebruikt en die in Duitsland vervaardigd worden, niet veranderd; wel wordt de operatietechniek voortdurend volgens de nieuwste verworvenheden bijgesteld.

Prijzen

  • Snellen penning, 1974

Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Bekijk de originele tekst uit de Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Auteur

-A.M. Lauret

Literatuur

-Binkhorst en Gabin, Intra-oculaire plastic lenzen.

-Binkhorst, Intra-oculaire plastic lenzen.

-Van den Heuvel, Intra-oculaire plastic lenzen.

-Nordlohne, The intraocular implantlens.