Willem Geldof

Uit Wiki ZB
Versie door Johan Francke (overleg | bijdragen) op 11 mei 2020 om 15:00
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Ga naar: navigatie, zoeken
Willem Geldof
WillemGeldof.jpg
Willem Geldof, foto: familie Geldof
Geboren 7 september 1919 Vrouwenpolder
Overleden 12 oktober 1986 Papendrecht
Beroep diverse beroepen, daarnaast secretaris van de Nederlandse Vereniging van Legpluimveehouders en publicist
VIAF W. Geldof

Afkomst en jonge jaren

Willem Geldof was de zoon van klein-landbouwer Pieter Geldof en Cornelia Willeboordse. Het gezin vertrok in de late jaren 1920 naar de Rudolfstichting te De Glind bij Barneveld, waar het een boerderij kon pachten mits het pleegkinderen zou opvangen. Op jeugdige leeftijd koos hij voor de NSB, mogelijk vanwege de standpunten van die beweging ten aanzien van de (kleinere) boeren, die gunstiger leken dan die van de liberale en van de grote confessionele partijen. Zijn ouders stonden niet achter die keuze. In 1942 en 1943 verzorgde hij enkele radio-uitzendingen over volksverhalen en gedurende 1943 en vroeg in 1944 schreef hij praktisch-landbouwkundige artikelen in het weekblad ‘De Landstand in Zeeland’. Verder schreef hij in het maandblad ‘Volk en Bodem’, orgaan van de door de Duitse bezetter beheerste boerenorganisatie Nederlandse Landstand en in ‘De Jonge Landstand’. Onder meer de medewerking aan deze bladen kwam hem in 1945 te staan op hechtenis en vervolgens een verbod tot het uitoefenen tot journalistieke arbeid gedurende twaalf jaar, tot 1957. Antisemitische uitlatingen zijn van Geldof niet bekend, wel bleef hij neigen naar een vorm van racisme.

Gezin en beroep

Willem Geldof trouwde in 1953 met Froukje Lutje en woonde met zijn gezin aanvankelijk in Alphen aan den Rijn en vervolgens in Papendrecht. Het echtpaar kreeg vier kinderen. Geldofs verdere loopbaan was altijd deels verbonden met de agrarische wereld. Vanaf 1948 was hij melkcontroleur bij het Amsterdamse melkcontrolebureau MEBA. In de jaren zestig was hij vertegenwoordiger in melkmachines en vervolgens landbouwkundig medewerker van het persbureau Persbelangen. Later in de jaren zestig en in de jaren zeventig was hij secretaris / administrateur van de Nederlandse Vereniging voor Legpluimveehouders. Een tijdlang had hij een goede functie bij de staf van de LOI, de Leidse Onderwijsinstellingen. Om bij te verdienen publiceerde Geldof vóór 1957 een aantal artikelen, bijvoorbeeld in ‘Nederlands Volksleven’, ’in ‘Onze Toekomst’, een blad voor Nederlandse immigranten in de USA, en in enkele bladen in Noord-Nederland. In 1962 verscheen van hem een vervolgverhaal van 25 afleveringen in de ‘Nieuwe Schiedamsche Courant’. Later volgden nog meer feuilletons en twee kinderboeken. Verder schreef hij enkele malen voor andere regionale dagbladen in Zuid-Holland en werkte hij mee aan onder meer ‘Zeldzaam huisdier’, ‘Kind en Evangelie’, ‘Maandblad Vara-Voorlichting’ en ‘Mimosa. Weekblad voor het Gezin.’

Standpunten

Willem Geldof kreeg enige – tijdelijke – bekendheid vanwege zijn soms controversiële standpunten die hij kenbaar maakte door middel van ingezonden brieven in landelijke kranten zoals ‘De Telegraaf’ en in regionale dagbladen in Zuid-Holland en Zeeland. Zo verklaarde hij zich voorstander van het apartheidsregime in Zuid-Afrika, van de afsluiting van de Oosterschelde door middel van een dichte dam, van aansluiting van Goeree-Overflakkee bij Zeeland, van een zoet blijven van het Grevelingenmeer en van het vormen van een Zeeuwse cultuurtaal door het gemiddelde te nemen van Noord- en Zuid-Bevelands en Walchers. Ook verdedigde hij in ingezonden brieven de boerenstand en het verschijnsel legbatterijen. Geldof was verder gangmaker van het Nederlandse Aalstrepen- of Witrikkenstamboek, een bundeling van fokkers van een heel oud runderras.

Geldof en Zeeland

Van het opkomende toerisme profiteerde Geldof mee door het aankopen van een tweede woning, achtereenvolgens in Kortgene, Koudekerke en Oostkapelle. Hij bracht er een deel van zijn vrije tijd door en verhuurde het huis verder aan toeristen. Geldof publiceerde in 1950 het boek ‘Het Zeeuwse volksraadsel’ waarin hij overgeleverde rijmen en vertelsels weergaf en becommentarieerde die hij (vooral) bij bejaarden in Zeeland had gehoord. Deze vorm van onderzoek was blijkbaar een eigen initiatief. In 1979 nam hij in de reeks volksverhalen van uitgeverij Spectrum het deeltje over Zeeland en de Zuid-Hollandse eilanden voor zijn rekening. Het bevat allerlei bekende volksverhalen, zoals die over het Ronde Putje bij Souburg, Jantje van Sluis en de zeemeermin van Westenschouwen. Goed vertegenwoordigd is ook de negentiende-eeuwse paardendokter De Puut uit Meliskerke, die centraal staat in nogal wat bijgeloofverhalen. Geldof verweet overigens redacteur dr. Tj.W.R. de Haan dat die van het boek teveel een ‘vakstudie’ had gemaakt. De lezers zouden volgens Geldof aan ‘een smakelijk verhaal’ genoeg hebben gehad. Ook in de andere voor de reeks Spectrumpockets door Geldof gemaakte boekjes met wetenswaardigheden – zie de bibliografie hieronder – komt Zeeland regelmatig aan bod. In 1982 werd Geldof lid van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen.

Bibliografie

Omslag van ‘Volksverhalen uit Zeeland’
  • Het Zeeuwse Volksraadsel (Middelburg, 1950).
  • Kees helpt de politie (Den Haag, 1975).
  • Volksverhalen uit Zeeland en de Zuid-Hollandse eilanden (Utrecht, 1979).
  • Kees gaat naar de bergen (Den Haag, 1980).
  • Boerenwijsheid. Rijmen, raadsels, sprookjes, spreuken, geloof en bijgeloof (Utrecht, 1982).
  • Paardenpraat. Rijmen, raadsels, gedichten, bijgeloof en volksgebruiken (Utrecht, 1982).
  • Blaffende honden bijten niet. Rijmen, raadsels, gedichten, verhalen, spreekwoorden & bijgeloof (Utrecht, 1983).
  • Eerste gewin is kattegespin. Volksgebruiken, bijgeloof, rijmen en raadsels (Utrecht, 1983).
  • De koe bij de horens gevat. Rijmen, verhalen, gedichten, afkomst en vele andere wetenswaardigheden (Utrecht, 1984).
  • Wel verhip zei de kip. Verhalen, gedichten, sprookjes, raadsels, afkomst en vele andere wetenswaardigheden (Utrecht, 1985).

Auteur

Jan Zwemer, 2020

Literatuur