Op één zetten

Uit Wiki ZB
Versie door Johan Francke (overleg | bijdragen) op 12 feb 2015 om 16:50 (LITERATUUR)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Ga naar: navigatie, zoeken
Op één zetten ( één zetten, op, opeenzetten )
De suikerbieten worden uitgedund, foto: PZC mei 1961, Zeeuwse Bibliotheek, Beeldbank Zeeland, recordnr. 128502.


Op één zetten

Het op één zetten van suikerbieten was, tot aan de introductie van de precisiezaaimachines in de laatste decennia van de twintigste eeuw, een arbeidsintensief werk dat in het voorjaar moest gebeuren. De oudere zaaimachines zaaiden suikerbietenzaad wel op rijen, maar de afzonderlijke plantjes kwamen op onregelmatige afstanden en vaak te dicht bij elkaar op. Meestal volgde eerst de bewerking van het ‘deurslae’ (doorslaan), waarbij met een houweel steeds ‘kappen’ in de plantrij werden gegeven zodat op die plaatsen in elk geval geen plantje meer stond.

Bij het uitdunnen van de suikerbieten in ’s-Gravenpolder worden kniebeschermers gedragen volgens model van het I.L.R., foto: Landbouwcentrum, mei 1965, ZB, Beeldbank Zeeland, recordnrs. 58696.
Bij het uitdunnen van de suikerbieten in ’s-Gravenpolder worden kniebeschermers gedragen volgens model van het I.L.R., foto: Landbouwcentrum, mei 1965, ZB, Beeldbank Zeeland, recordnr. 58697

Wat overbleef, waren ‘tropjes’ (groepjes) bietenplantjes die vervolgens ‘op eên gezet’ moesten worden. Van elk groepje plantjes moest er maar één overblijven. Ideaal was het wanneer om de twintig centimeter één bietenplantje overbleef. Over het algemeen werd het op één zetten op de knieën gedaan, vaak door vrouwen en / of kinderen. Daarbij droeg men beenkappen of werden de knieën op andere wijze beschermd tegen de harde kluiten grond, bijvoorbeeld door er een ‘baele’ / ‘baolzak’ (juten zak) rond te binden.




Mechanisatie maakt ‘deurslaen’ overbodig

Op onderstaande afbeelding van Beeldbank Zeeland is rechts het deurslaen te zien en links het op één zetten. Beide bewerkingen konden dus gelijktijdig gebeuren, wanneer degene die doorsloeg maar vóórbleef.

Op boerderij Plantlust van A. Maljaars in Oostkapelle, worden de suikerbieten op één gezet (om de 20 centimeter): de suikerbieten worden uitgedund en onkruid gewied. Foto: Wim Helm, 28 mei 1991, Zeeuwse Bibliotheek, Beeldbank Zeeland, recordnr. 90436
Op boerderij Plantlust van A. Maljaars in Oostkapelle, worden de suikerbieten op één gezet (om de 20 centimeter): de suikerbieten worden uitgedund en onkruid gewied. Foto: Wim Helm, 28 mei 1991, Zeeuwse Bibliotheek, Beeldbank Zeeland, recordnr. 90438

Nadat er in het derde kwart van de twintigste eeuw zaaimachines waren gekomen met een grotere precisie die het ‘deurslaen’ niet langer nodig maakten, bleven boeren wel nog ‘op eên zetten’. Zij deden dit dan gelijktijdig met de eerste ronde van het wieden van ‘vuulte’ (onkruid) op het bietenland.

Op boerderij Plantlust van A. Maljaars in Oostkapelle, worden de suikerbieten op één gezet (om de 20 centimeter): de suikerbieten worden uitgedund en onkruid gewied. Foto: Wim Helm, 28 mei 1991, Zeeuwse Bibliotheek, Beeldbank Zeeland, recordnr. 90437


Auteur

-Jan Zwemer, 2012

Literatuur

-H.C.M. Ghijsen (red.), Woordenboek der Zeeuwse Dialecten (Amsterdam/Brussel 1974) 169, 170 en 212. NB: hier worden deurslae en op eên zette niet geheel juist onderscheiden.